Koppelen van konijnen

Wat is nou leuker dan twee konijnen samen te zien, liggen, spelen, wassen en knuffelen? Om jouw konijn echt gelukkig te zien met een eigen soortgenootje?! Niets toch? Helaas geeft het koppelen nog wel eens wat zorgen, het is ook niet makkelijk. Koppelen kan er naar uit zien en stressvol zijn voor konijnen. Toch is het iets waar ze doorheen moeten om “de ware” te vinden. Het kan echter als beginner lastig zijn om in te schatten wat wel en niet normaal is bij een koppeling.

In dit artikel lees je hoe je je op een koppeling kan voorbereiden, wat de beste partnerkeuze is, op welke manieren je kunt koppelen en waar je terecht kan voor hulp als het niet lukt. Hopelijk helpt deze informatie je aan een goede start zodat de koppeling niet in de weg komt te staan van het geluk van jouw konijn!

Tips voor je begint aan een konijnenkoppeling

Belangrijke punten waar je aan moet denken voor je begint aan een koppeling:

  • Zorg voor een geschikte, neutrale koppelruimte die groot genoeg is. Een losse konijnenren is daar bijvoorbeeld heel handig voor. Een ren van ongeveer 2 vierkante meter is prima voor een koppel klein of middelmaat konijntjes. Veel mensen met konijnen in huis gebruiken een hal of badkamer als neutrale koppelruimte. Houd er wel rekening mee dat op die plek de konijnen meerdere dagen, soms zelfs tot wel 2 weken, moeten kunnen blijven!
  • Zorg dat je konijnen gezond zijn en oud genoeg. Met jonge konijnen kun je niet koppelen. De minimale leeftijd is 12+ weken, liefst zelfs minimaal 16 weken oud.
  • Wacht 3 weken na de castratie van de ram, tot die tijd is de ram nog vruchtbaar. De ram moet bij een koppeling altijd gecastreerd zijn!
  • Ovenhandschoenen of tuinwerk handschoenen, mocht je een vechtlustig konijn hebben, helpt dit als je tussen beiden moet komen.
  • Zorg voor een 2e verblijf, bijvoorbeeld een reservekooi of een panelen ren die je kan inrichten als extra verblijf. Dit is voor het geval de koppeling niet slaagt en de konijnen apart gezet moeten worden. Heb je geen extra verblijf? Vraag in jouw kennissenkring of op het forum of iemand er één te leen heeft. Of kijk in een weggeefhoek of koopjeshoek of daar een voordelig verblijf te krijgen is. Een reserve hok is altijd handig, ook bij ziekte.
  • Hou wat lekker groenvoer bij de hand, of een gedeelte van de portie brokjes van die dag. Samen eten kan de koppeling NA de eerste kennismaking helpen. Kies wel voedsel dat ze al gewend zijn.
  • Houd rekening met het feit dat koppelen tijd kost. JOUW tijd ! Begin dus niet aan het eind van de dag met koppelen, maar begin in de ochtend op een dag dat je vrij bent en er de tijd voor hebt. De meeste koppelingen duren weken of zelfs maanden voor het echt een hecht koppel is. Denk niet dat je het wel even doet. Een goed voorbereide koppeling vergroot de kans van slagen !
  • Bekijk het weerbericht! Zeker in de zomer is dit belangrijk. Koppelen bij temperaturen boven de 25 graden raden wij af. De combinatie van stress en warmte is erg gevaarlijk voor konijnen. Is het tussen de 20 en 25 graden? Dan kan het wel, maar neem wel extra maatregelen. Zorg er altijd voor dat de koppelruimte koel is en in de schaduw. Start desnoods wat vroeger in de ochtend, als het nog wat koeler is. Zorg voor vers drinkwater, en houd de konijnen goed in de gaten, wees alert op oververhitting.

Hieronder een voorbeeld van een koppelruimte. Aangezien het zomer was, een parasol voor schaduw. Een kartonnen doos zodat er één plek is waar ze elkaar kunnen ontlopen. Verder een waterbakje en een voerbakje met wat lekkers er in. Zorg dat de koppelruimte geschikt en veilig is voor de konijnen om in te overnachten, voor het geval het een wat onrustig koppel is en ze langer op het neutrale terrein moeten blijven.

Castratie/sterilisatie

Bij een koppeling moet de ram ALTIJD gecastreerd zijn. Is de voedster gecastreerd en de ram niet, dan zal de ram onder invloed van zijn hormonen, oneindig op de voedster blijven rijden en zal de voedster dus eindeloos door de ram worden lastiggevallen. Meestal uit dat in een akelig bloedbad. Een ram is de eerste 14 dagen na castratie nog vruchtbaar, koppel dus echt pas in de derde week na de castratie om veilig te zijn.

Koppelen met gecastreerde voedsters is aan te raden, al helemaal als het om een groepskoppeling gaat. Wil je koppelen met één of meerdere voedsters, en is het plan om ze op korte termijn te laten castreren (steriliseren), is het aan te raden dat te doen voor je gaat koppelen. Het kan onbalans en problemen geven als je bij een net gekoppeld koppel één van de konijnen een ingreep als een castratie laat ondergaan en ze dan weer terug wil zetten. Als je dat van plan bent, is het dus handiger om eerst te laten castreren, herstellen en dan pas te koppelen. Zitten er echt maanden tussen, dan zou ik aanraden wel al te koppelen. Het duurt een maand of 3 voor een koppel echt stabiel is geworden, als het niet nodig is, zou ik in de eerste maanden na de koppeling dus niet direct een sterilisatie (castratie) van een voedster plannen.

Hoe kies je de juiste partner voor jouw konijn?


Het belangrijkste punt in het kiezen van een partner voor jouw konijn is niet het formaat, uiterlijk, de leeftijd of het geslacht, maar het karakter van het konijn. Konijnen vinden het heel fijn om met één of meerdere soortgenootjes samen te leven. Maar het moet wel klikken. Wat dat betreft zijn het net mensen. Het is niet voor niets dat wij ook niet meer uitgehuwelijkt worden. Dat is geen recept voor geluk. Wij willen zelf inspraak in met wie we samen leven, en dat is bij konijnen niet anders. Ook zij willen hun eigen maatje kunnen kiezen!

Daarom adviseren wij echt om konijnen altijd via een konijnenopvang te koppelen. Daar kan jouw konijn gaan daten met andere konijnen om te zien met welk konijn het het beste klikt. Met dat konijn wordt dan of enkele dagen of weken in de opvang verder gekoppeld, of dat doe je zelf thuis nog. Loopt het in die beginperiode mis, dan kunnen ze het met een ander konijn proberen. Op die manier kun je de juiste partner vinden voor jouw konijn en zo voorkom je dat je met konijnen komt te zitten die elkaar toch niet mogen, en niet samen kunnen leven. Verderop in dit artikel leggen wij er meer over uit.

Let wel op dat ook voor een koppeling de ram altijd gecastreerd moet zijn!! Het koppelen van een ongecastreerde ram aan een gecastreerde voedster of het koppelen van twee ongecastreerde rammen aan elkaar raden wij zeer sterk af! Ongecastreerde rammen hebben echt te veel last van hun hormonen en dat soort koppelingen eindigen meestal met één van de konijnen bij de dierenarts voor wondverzorging, omdat het zo ernstig uit de hand loopt dat je dat niet meer zelf kan oplossen. Echt niet doen dus. De ram moet altijd gecastreerd zijn, pas 3 weken na castratie van de ram (mits hij goed hersteld is) kun je gaan koppelen.

Welke combinatie van konijnen heeft de meeste kans?

De beste combinatie als je konijnen wil houden is een gecastreerde ram en een (eventueel ook gecastreerde) voedster.

Karakter blijft ontzettend belangrijk, maar koppels van een gecastreerde ram en een voedster hebben wel de grootste kans van slagen. Dit is dus ook de reden dat de meeste konijnenopvangen alleen koppels van een gecastreerde ram en een (eventueel ook gecastreerde) voedster uitplaatsen.

In winkels en via fokkers worden vaak konijnen van het zelfde geslacht aangeboden en daarbij vertelt men dan dat dat prima gaat. De eerste weken zal dat ook zo zijn. Op dat moment zijn de konijnen nog maar kleutertjes die het leuk vinden samen te spelen en bij elkaar te zijn. Vanaf de puberteit gaat het echter in de meeste gevallen echt flink mis en blijken de konijnen alsnog niet bij elkaar te passen. Mensen denken soms kosten voor castratie te besparen en geloven het verkooppraatje dat nestgenootjes prima samen kunnen leven. Dat is echt een fabeltje. Familieverbanden bij konijnen werken echt anders dan bij mensen. In de natuur blijven nestgenootjes ook niet samen, logisch ook, anders zou er erg veel inteelt zijn.

Twee voedsters heeft dan misschien nog een hele kleine kans van slagen als je het geluk hebt dat de karakters goed samen gaan en ze echt enorm veel ruimte hebben. Twee rammen samen is echt vragen om gewonde konijnen. In de paar gevallen dat het wel lukt, zijn het net die twee die op karakter goed passen, die kans is echter kleiner dan 1%. Neem het risico niet en begin niet op die manier aan konijnen. Wij raden het echt af zomaar twee willekeurig uitgezochte rammen samen te zetten, zonder naar het karakter te kijken. In bijna alle gevallen loopt het uit op hele heftige vechtpartijen, waarbij ernstige verwondingen ontstaan. Ze kunnen elkaar in een verblijf namelijk niet verjagen, elkaar niet ontlopen.

Het is soms wel mogelijk rammen samen te houden in een groep die bestaat uit gelijke koppels (dus bijv. een viertal van 2 rammen en twee voedsters). Maar dat is een zeer uitdagende koppeling, die wij niet aanraden voor beginners. En dat is geen oplossing voor rammen of voedsters die elkaar al niet mogen. Als je een viertal met deze samenstelling wil maken, moeten de konijnen echt op karakter bij elkaar gezocht zijn. Als je een konijnengroep zoekt, raden we aan dat je op zoek gaat naar een konijnenopvang die veel ervaring heeft op het gebied van groepskoppelingen om de juiste konijnengroep daarvoor samen te stellen.

De beste keus en kans is dus echt een combinatie van een gecastreerde ram met een (eventueel ook gecastreerde) voedster, op karakter aan elkaar gekoppeld.

Leeftijd van de partner kiezen

De leeftijd van een konijn speelt ook een rol bij een koppeling. Het kan zeker invloed hebben op de slagingskans. Over het algemeen gaat een koppeling het best als je een partner uitzoekt die in ongeveer dezelfde levensfase zit als het konijn dat je al hebt.

Koppelingen met hele jonge konijnen (bijv. uit een dierenwinkel) aan oudere konijnen zal lastig gaan, omdat het oudere konijn het jonge konijn totaal overloopt. Het is beter om te wachten met de koppeling tot het jonge konijntje minstens 16 weken oud is. Koppelen met hele jonge konijntjes kan ze trauma’s geven, waardoor ze de rest van hun leven lastig te koppelen worden. Ze gebruiken uit angst dan agressie dan als verdedigingsmiddel, willen vaak andere konijnen in de buurt laten komen, omdat ze negatieve ervaringen hebben uit hun jeugd. Vandaar dat het advies is om echt pas vanaf een leeftijd van 16 weken te koppelen. Daarnaast is op hele jonge leeftijd de karakterontwikkeling nog niet geweest.

Veel koppeltjes die op jonge leeftijd gekoppeld zijn, vallen tijdens de puberteit alsnog uit elkaar. De karakters matchen niet, botsen, en dat kan echt heftige vechtpartijen geven. Koppel je met jonge konijnen, jonger dan 1 a 1.5 jaar, realiseer je dan dus wel dat er kans is dat ze een paar maanden later toch niet samen blijken te kunnen.

Zorg dat je een plan B hebt, bijvoorbeeld de mogelijkheid om twee aparte konijnenkoppels te houden, om elk konijn dus een eigen maatje te laten kiezen in een asiel, als het samen niet werkt. Adopteer je de konijnen uit een opvang, zul je bij problemen gelukkig vrijwel altijd op de opvang terug kunnen vallen voor hulp bij het oplossen van de problemen.

In onderstaand schema hebben wij het over konijnen uit drie verschillende levensfases:

  • Met jong konijn bedoelen wij een konijn ouder dan 16 weken, maar jonger dan 1 jaar
  • Met volwassen konijn bedoelen wij een konijn van 1-5 jaar
  • Met senior konijn bedoelen wij een konijn van 5+ jaar
CombinatieSlagingskans
Jong konijn + jong konijnGemiddelde slagingskans. Vaak gaat het eerst goed, maar als later blijkt dat de karakters niet matchen gaat het dan alsnog mis als ze wat ouder zijn. Houd daar dus wel rekening mee als je voor een jong koppel kiest!
Jong konijn + volwassen konijn Gemiddelde slagingskans. Let op dat het jonge konijn niet te jong is, koppelen op te jonge leeftijd kan flinke angst veroorzaken, wat het koppelen op latere leeftijd moeilijk kan maken. Ook kan het op oudere leeftijd, als het karakter van het jonge konijn ontwikkeld is blijken dat ze toch niet bij elkaar passen en dan gaat het alsnog mis.
Jong konijn + senior konijnKleine slagingskans. Als het echt een heel rustig jong konijn is zou het kunnen, maar meestal hebben jonge konijnen veel meer energie en zijn veel actiever dan de senior konijnen. Als ze samen kunnen, is het vaak meer een soort acceptatie van elkaar, dan echt een hechte band.
Volwassen konijn + volwassen konijn Grote slagingskans. Van volwassen konijnen is het karakter vaak al bekend., al ontwikkeld. Als het klikt, dan klikt het vaak ook voor goed en heb je de grootste kans dat het echt een hecht, gelukkig koppel konijnen blijft voor de rest van hun leven.
Volwassen konijn + senior konijn Grote slagingskans. Er kan wat verschil zijn in activiteit. Zorg dus wel dat de karakters echt bij elkaar passen.
Volwassen konijn + senior konijn Grote slagingskans. Er kan wat verschil zijn in activiteit. Zorg dus wel dat de karakters echt bij elkaar passen.
Senior konijn + senior konijn Grote slagingskans. Voor de oudere, senior konijntjes kan het zoeken naar een oudere partner verstandig zijn. Omdat beide konijnen in de zelfde levensfase zitten, hebben ze vaak dezelfde behoefte aan rust en gezelschap.
Senior konijn + senior konijn Grote slagingskans. Voor de oudere, senior konijntjes kan het zoeken naar een oudere partner verstandig zijn. Omdat beide konijnen in de zelfde levensfase zitten, hebben ze vaak dezelfde behoefte aan rust en gezelschap.

Het karakter van de konijnen

We hebben het in dit artikel al een paar keer aangegeven: Karakter is het belangrijkste bij het koppelen van konijnen. Maar hoe weet je nou wat voor karakter jouw konijn heeft, en wat daar dan bij past qua partner.

Misschien denk jij jouw konijn te kennen, maar als jouw konijn altijd alleen heeft gezeten zegt het gedrag naar jou toe helemaal niets over het gedrag naar andere konijnen toe. Het is dus best moeilijk om in te schatten wat voor karakter jouw eigen konijn heeft, en dan ook nog eens te moeten beoordelen wat voor partner hij of zij nodig heeft! Gelukkig is er een oplossing! Er zijn heel wat konijnenopvangen, met heel veel kennis en ervaring wat koppelen betreft!

De beste manier om er achter te komen wat voor partner er bij jouw konijn past, is via dates. Dat zijn kennismakingen die jouw konijn heeft met de beschikbare partners in een konijnenopvang.

Je gaat met jouw eigen konijn naar de opvang, waar hij of zij op neutraal terrein samen gezet wordt met een partner van jouw keuze. Dan wordt er gekeken of er een klik is of niet. Als ze elkaar binnen korte tijd aanvallen, dan gaat dat niets worden en wordt het met een andere mogelijke partner geprobeerd. Dat gaat zo tot er een konijn is gevonden waar het beter mee gaat.

Vaak mag je zelf wel een voorkeur opgeven voor welk konijn of wat voor type konijn je zoekt. Bedenk je wel dat hoe specifieker jouw voorkeur is voor een konijn met een bepaald uiterlijk, hoe lastiger en hoe langer de zoektocht zal zijn. Zelf geef ik bijvoorbeeld alleen aan dat ik liever geen langharige konijnen wil, omdat ik het niet prettig vind ze de vachtverzorging aan te moeten doen. Aanhankelijkheid naar mensen, formaat, kleur, hangoor, staande oren, dat maakt voor mij niet uit. In de praktijk probeert een opvang het dan vaak eerst met een konijn dat er al erg lang zit. Het geeft mij juist een fijn gevoel dat ik zo een konijn een kans op een fijn leven kan geven! Uiteindelijk kiezen mijn konijnen zelf met wie ze thuis komen, en accepteer ik die keuze.

Waar koop of adopteer je een partner voor jouw konijn?

Wij adviseren in ieder geval om via een konijnenopvang een partner te adopteren voor jouw konijn, of nog beter, via een opvang te starten met het houden van konijnen en gelijk een leuk koppel te adopteren!

Het grootste voordeel daarvan is dat je een beroep kan doen op hun kennis en ervaring en hulp krijgt als het niet lukt. Koppelen van konijnen is echt lastig.

Verwacht niet dat jouw konijn in een dagje is gekoppeld is aan een nieuwe partner. Een koppeling duurt maanden! De spannendste tijd is de eerste twee weken, maar ook daarna hebben konijnen nog wat tijd nodig om de rangorde te bepalen en gewend te raken aan elkaar. Ons advies is om echt gebruik te maken van de ervaring en kennis van een goede konijnenopvang.

Mocht het bij thuiskomst toch echt niet klikken, dan heb je bij een opvang de zekerheid dat het konijntje terug mag, en dat je er een andere partner kan uitzoeken. Zo blijf je niet met konijnen zitten die niet samen kunnen. De meeste opvangen willen het beste voor de konijnen en denken in dat soort situaties goed met je mee.

Ga je niet naar een opvang maar kies je zelf een willekeurige partner uit voor jouw konijn, in een dierenwinkel of fokker, of misschien via een verkoop website? Dan is de kans groot dat het toch niet klikt. En dan zit je met twee konijnen, die niet samen kunnen leven. Dat is lastig. Misschien heb je zoveel ruimte en ben je zo gek op konijnen dat je er gelijk een extra verblijf voor bouwt en voor elk konijn alsnog een goede partner erbij adopteert? Als dat niet zo is, moeten er lastige keuzes gemaakt worden en moet er een konijn worden afgestaan. Soms besluiten mensen ze maar apart van elkaar te huisvesten en een leven lang alleen te houden, maar voor een sociaal dier als een konijn, zou dat nooit een optie moeten zijn!

Daarnaast is de verleiding vaak groot om jonge konijnen uit een winkel, van een particulier met een nestje of van een fokker te halen. Maar die konijnen zijn te jong om te koppelen en moeten dus eerst rustig opgroeien voor je kan starten. Konijntjes die in dierenwinkels zitten zijn vaak nog maar 6 of 7 weken oud. Dat is veel te jong om al bij de moeder weg te zijn, hoewel het wettelijk gezien helaas wel mag. Dan is zo een konijntje vaak al 4-6 weken bij je, voor dat blijkt dat het niet klikt met het konijn dat je had. Soms heb je zelfs al een castratie betaald voor dat diertje voordat je kon gaan koppelen. Breng je hem dan nog terug naar de dierenwinkel? En zo ja, wat doet de dierenwinkel er mee als ze een naar hun maatstaven “groot” konijn terug krijgen? In dit filmpje zie je waar dierenwinkel konijnen vandaan komen, en hopelijk begrijp je dan ook dat wij adviseren om deze handel niet in stand te houden. Adopteer, ga niet naar een dierenwinkel.

Hoe koppel je konijnen?

Rust en castratie

Heb je zelf een konijn gekozen waarmee je wil gaan koppelen? Laat het nieuwe konijn altijd eventjes tot rust komen in een eigen hok. Een verhuizing brengt erg veel stress mee en stress kan darmproblemen met zich mee brengen die zeer snel tot de dood kunnen leiden. Het konijn moet wennen aan de nieuwe omgeving en aan jouw routine. De eerste twee weken is het het best om nog niet te gaan koppelen en het konijntje eerst tot rust te laten komen. Let er in die periode ook goed op dat het konijn wel gezond is, gewoon goed eet, drinkt, vooral keutelt en een levendige indruk maakt. Zorg er voor dat de konijnen elkaar in die eerste periode nog niet zien of ruiken. Dat kan frustratie en stress veroorzaken en de koppeling een stuk moeilijker maken.

Zorg er voor dat in de eerste twee weken dat het nieuwe konijn er is je een dierenartsbezoekje brengt voor een gezondheidscontrole, en zorg er voor dat het nieuwe konijn ingeënt wordt tegen myxomatose en RHD1 en 2. Het kan ook zijn dat het nieuwe konijn (of het konijn dat je al had) nog gecastreerd moet worden.

Let op dat de minimale leeftijd waarop je kan gaan koppelen met jonge konijnen de leeftijd van 16 weken is. Voor die tijd zijn konijnen nog kleuters die er niets van snappen. Te jong koppelen kan echt trauma’s geven.

Als één van de twee konijnen een ram is die nog maar net gecastreerd is of nog gecastreerd moet worden dan moeten ze eerst nog een tijdje apart van elkaar leven. Na castratie is een ram nog 14 dagen vruchtbaar. Pas in de derde week na castratie kun je gaan koppelen.
Is de voedster ook net gecastreerd, maar nog niet gekoppeld, dan is het aan te raden om een herstelperiode van minstens 4 weken voor de voedster aan te houden, voor je kan gaan starten met een koppeling.

Verder koppelen na speeddate of koppelvakantie

Heb jij al een speeddate of een koppelvakantie gedaan bij een opvang? Als het goed is heb je dan al een gezond, volledig ingeënt en indien nodig gecastreerd konijn meegekregen. Dan kun je de konijnen in principe gewoon gelijk weer samen zetten zodra je thuis komt, bij voorkeur in een neutraal gemaakt konijnenverblijf. Volg het advies op wat de opvang je mee geeft voor het vervolg van de koppeling.

Koppelmethodes voor konijnen

Hoe koppel je konijnen? Uitleg over de diverse methodes. Er zijn verschillende manieren om konijnen te koppelen. Eén manier heeft wel echt de voorkeur en dat is het koppelen op neutraal terrein. Soms kunnen er toch redenen zijn om hier vanaf te wijken. Hieronder staan ze in het kort omschreven:

Manier 1: Koppelen op neutraal terrein

Koppelen op neutraal terrein is een manier die in de konijnenwereld het meest gebruikt wordt, en ook het meest aangeraden wordt. Dit is een manier waarop je de konijnen rustig aan elkaar laat wennen op gebied waar ze allebei nog nooit zijn geweest. Het voordeel daarvan is dat geen van beide de neiging voelt het territorium te verdedigen. Je zet dus de konijnen zonder invloeden van de omgeving bij elkaar voor een koppeling op karakter. Als je ze eenmaal samen zet, haal je ze niet meer uit elkaar, tenzij het mis loopt.

Neutraal terrein is een ruimte waar geen van de konijnen nog geweest is. Maak de ruimte niet te groot. De konijnen moeten wel ruimte hebben, MAAR elkaar niet constant kunnen ontlopen. Voor een koppel kleine of middelmaat konijnen is ongeveer 2 vierkante meter groot genoeg. Gaat het om hele grote konijnen, dan zou je een iets grotere ruimte kunnen kiezen. Mensen met huiskonijnen gebruiken vaak de badkamer of hal als neutraal terrein. Mensen met buitenkonijnen gebruiken vaak een ren die ze in een deel van de tuin zetten waar beide konijnen nog nooit zijn geweest. Houd er wel rekening mee dat het nodig kan zijn dat de konijnen een aantal dagen in de neutrale ruimte verblijven, voor ze naar het eigen verblijf kunnen. Zijn beide konijnen nog nooit in het uiteindelijke verblijf geweest dan kun je ook een (deel van) dat verblijf gebruiken. Maak de ruimte echter niet te groot, 2 a 3 vierkante meter is prima voor een koppel.

Zorg in de neutrale ruimte voor een schuilplek waar de konijnen even op adem kunnen komen, maar maak hier geen complete verstopplek van! Konijnen moeten zich even terug kunnen trekken, maar helemaal verstoppen vergroot de kans op ontlopen. Ook kan het zijn dat één van de konijnen de verstopplek fel gaat verdedigen, dat is natuurlijk ook niet de bedoeling. Zet bijvoorbeeld 1 ondiepe kartonnen doos op zijn kant in de ruimte, of een krukje. Verder laat je de ren in eerste instantie leeg. Na een uurtje koppelen, na dat de eerste kennismaking is geweest en het ergste jagen wat voorbij is, kun je water en hooi in de koppelruimte te zetten.

Start de koppeling bij voorkeur ’s ochtends, zodat je er de hele dag de tijd voor hebt. Als de neutrale ruimte klaar is voor gebruik zet je de konijnen beiden in deze ruimte. Als het goed gaat laat je ze gewoon samen. Dan is het afwachten wat voor gedrag je gaat zien. Sommige konijnen doen niets en negeren elkaar. Sommige konijnen hebben dagen nodig om te wennen aan de situatie voor je koppelgedrag gaat zien. Op elkaar rijden, elkaar bijten, achter elkaar aan jagen, plukken haar uittrekken, een flinke knor geven. Het hoort allemaal bij het aftasten, het leren kennen van het andere konijn en bij het bepalen van de rangorde. Er horen geen verwondingen bij te zijn. Als het goed gaat laat je ze gewoon samen zitten. Je hoeft ze dan niet uit elkaar te halen. Ook ’s nachts laat je ze samen. Vind je dat lastig? Zet er een camera bij of slaap er in de buurt zodat je wakker wordt als er onrust is. De ervaring is echter dat als het die eerste hele dag goed is gegaan, dat dat die nacht ook zo is.

Kijk, zeker de eerste dagen, goed naar de konijnen en houd het stressniveau in de gaten: Hoe zwaar gaat de ademhaling? Gaan ze tussendoor zitten eten en zoeken ze rust op? Of zitten ze elkaar echt constant achterna? Zijn er verwondingen? Bij de meeste koppelingen blijf ik er het eerste uur bij zitten om het gedrag te bekijken en in te kunnen grijpen. Gaat het dan goed, zie je normaal koppelgedrag? Dan kun je gerust even weg bij de konijnen om in de buurt iets anders te doen. Er heel de tijd op staan kijken kan de koppeling namelijk ook beïnvloeden. Ga echter niet van huis, het is wel de bedoeling dat je als je onrust hoort gaat kijken en in kan grijpen, en dat je regelmatig eventjes kijkt of alles goed gaat. Een camera neerzetten zodat je zonder te storen de koppeling kan volgen, kan ook heel fijn zijn!

Wanneer stop je de koppeling?

Als de konijnen echt vastbijten in elkaar en rollend, schoppend en krijsend aan het vechten zijn, dan moet je ingrijpen en is de koppeling voorbij. Dan is het geen match. De kans dat het als je dat gedrag ziet nog goed komt tussen de konijnen is erg klein, je kan dan beter voor een andere partner kiezen.

Zijn jouw konijnen moeilijk te koppelen, jagen ze na een week of twee nog veel en zijn ze gestrestst en onrustig? Zie je dat ze niet goed eten, drinken of zelfs diarree krijgen? Haal de konijnen uit elkaar als je ziet dat het te veel stress wordt, als ze ondanks dat ze al wat langer samen zitten echt pesten naar elkaar of feller worden. Uit elkaar halen is niet gunstig voor de koppelpoging, maar als het te veel stress wordt, is het voor het welzijn van de konijnen wel echt nodig. Dit is meestal wel een teken dat de match niet heel goed is. Neem een pauze en denk na over de volgende stappen. Wij raden aan om in dit geval contact op te nemen met de konijnenopvang voor advies. Soms kan het wel tot een acceptatie komen waarbij ze samen kunnen, maar het kan ook fout lopen. Bespreek met de konijnenopvang of het verstandig is om door te zetten, of dat er toch beter verder gekeken kan worden naar een partner die beter past.

Wanneer ga je van neutraal terrein naar het uiteindelijke verblijf?

Gaan de eerste dagen of weken goed en zie je rust en acceptatie bij de konijnen, dan kun je over op de volgende stap: Ze samen zetten in het definitieve verblijf.

Neem deze stap niet te snel. Als je twijfelt, wacht dan gewoon een dag langer. Geduld is een goede zaak bij konijnen koppelingen. Forceer ze niet sneller te gaan dan ze willen maar neem echt de tijd. Bij koppels die echt gelijk een klik hebben, kun je deze stap vaak na 2 a 3 dagen nemen. Bij koppels die wat meer jagen en onrustiger zijn, is het soms nodig om ze langer samen te houden op het neutrale terrein voor je de stap naar het definitieve verblijf kan maken. Laat ze gerust 14 dagen of langer op het neutrale terrein voor je wisselt naar het uiteindelijke verblijf.

Voor je ze naar het uiteindelijke verblijf zet, zorg je dat dat goed is schoongemaakt en zo neutraal mogelijk gemaakt is. In ons artikel over het schoonmaken van een konijnenhok zijn daar tips voor te vinden. Zorg dat er geen plekken zijn waar ze klem kunnen zitten, zet deurtjes en/of dakjes van schuilplekken open, zeker als ze anders maar één ingang hebben. Haal objecten met veel geur van één van de konijnen er voorlopig uit. Richt als het even kan het verblijf ook wat anders in, zodat het ook voor het konijn dat het al kende, toch anders is. En controleer of het formaat van het verblijf voldoende is voor een konijnenkoppel. Het advies is minimaal vier vierkante meter permanente leefruimte op vlak terrein voor een koppel, groter is altijd beter.

Zorg dat je op de dag van het verplaatsen van het koppel alle tijd hebt. Ook nu begin je er mee in de ochtend, zodat je ze de hele dag in de gaten kan houden. Je ziet op het niet-neutrale terrein toch vaak dat de rangordebepaling weer opspeelt. Ze jagen weer meer, willen op elkaar rijden. Als ze op neutraal terrein de rangorde al goed hebben weten te bepalen, is het maar korte tijd dat je deze onrust ziet. Ze moeten op het nieuwe terrein alleen de rangorde die bepaald was bevestigen. Ze zullen heel wat keutels en soms ook plasjes buiten de bak doen om geur af te geven, je zal ze zien kinnen (met hun kin over objecten om geur af te geven, daarmee zeggen ze “dit is van mij!”). Maar als het een goede match is, zal dat gedrag telkens minder worden en trekken ze als koppel steeds meer naar elkaar toe.

Kijk ook goed naar de karakters van de konijnen. Soms kan het bij het plaatsen van de konijnen in het uiteindelijke verblijf bijvoorbeeld handig zijn om eerst het konijntje dat het onderdanigst, angstigst of meest onzeker is in het hok te zetten, of het konijn dat het hok nog niet kende, zodat hij of zij even kan snuffelen en bekend kan worden met het hok. Geef ook weer niet te lang voorsprong, enkele minuten snuffelen en verkennen is genoeg. Dan plaats je (na een paar minuutjes) de partner er bij. Maar in andere gevallen, als beide konijnen gelijk zijn van karakter, kan het juist beter zijn om ze tegelijk in het hok te zetten.

Zie je echt opeens veel felheid in de koppeling, die na een paar uur ook niet minder is? Maak dan de stap terug naar het neutrale terrein en laat ze daar daar weer enkele dagen samen. Waarschijnlijk heb je de stap te snel willen maken. Een plukje haar groeit wel terug, maar het moet geen gewonde konijnen geven.

Heb je gericht advies nodig voor jouw situatie? Op het forum is veel informatie over koppelen op neutraal terrein te lezen, ook kun je daar zelf een topic aanmaken om advies te vragen in jouw situatie.

Manier 2: Gelijk samen zetten
Gelijk samen zetten in het definitieve verblijf is een manier die maar weinig konijneneigenaren gebruiken. De reden daarvan is dat het meestal zo is dat één van de konijnen al in de ruimte is geweest en daardoor de neiging heeft om zijn of haar territorium te verdedigen tegen indringers. Deze koppelmethode zal in veel gevallen uitlopen in flinke gevechten, veel stress, en verwondingen. Dat is niet wat je voor jouw konijnen wil.

Meestal is deze methode een vervolgstap, na een koppeling op neutraal terrein.

Voor je de konijnen in het definitieve verblijf samen zet, maak eerst het konijnenhok goed schoon, zodat er niet te veel geur van een van beide konijnen in hangt. Verander de indeling en maak ook alle accessoires en spulletjes goed schoon.

Zet de konijnen samen in hun verblijf. Kijk aan hoe het gaat, als de konijnen redelijk goed met elkaar overweg kunnen, kun je ze het best gewoon samen laten en niet meer uit elkaar halen. Elke keer dat je ze uit elkaar haalt moeten ze namelijk weer opnieuw beginnen met rangorde bepaling. Wat rijden op elkaar en wat jagen mag gewoon, dat hoort er bij, als het maar niet erg vechten wordt. Blijf er de eerste uren bij zitten, zodat je direct kan ingrijpen als ze echt gaan vechten. Controleer de konijnen de eerste dagen dat ze samen zitten regelmatig (als het kan meerdere keren per dag) goed op verwondingen ! Kijk daarbij goed tussen de haren.

Sommige koppels zijn gelukkig en klef na een uur samen te zitten. Andere koppels groeien meer naar elkaar toe over een periode van een paar weken. Sommige koppels kunnen prima samenwonen en tolereren elkaar, maar worden nooit echt een hecht stelletje. Het zijn eigenlijk net mensen.

Manier 3: Korte koppelsessies
Zo’n 15-20 jaar geleden was dit de manier om konijnen te koppelen. Dat is de reden dat er nog steeds instanties zijn die korte koppelsessies adviseren. De konijnenwereld is echter sterk in ontwikkeling, en we weten inmiddels dat dit een achterhaald advies is met veel nadelen.

We zijn er inmiddels achter dat korte koppelsessies, de konijnen elke keer korte tijd samen zetten, het liefst op neutraal terrein, voor heel veel stress zorgt. Je doorloopt namelijk elke keer de beginfase, de eerste fase van een koppeling, en dat is nou juist de meest stressvolle, onrustigste fase van de koppeling. Door de konijnen elke keer 15-30 minuten samen te zetten, zoals je bij korte koppelsessies doet, kom je eigenlijk geen stap verder. Elke keer als je ze uit elkaar haalt, doe je de sessie die je gehouden hebt bijna weer helemaal te niet. Op deze manier duurt koppelen ontzettend lang, zorgt het voor veel stress en is de uitkomst onzeker.

Konijnen die veel stress hebben en elke keer tot dezelfde vervelende kennismakingsconfrontatie worden gedwongen, kunnen uiteindelijk uit frustratie gemeen tegen elkaar uit vallen. Dan heb je er dagen, soms zelfs weken van je tijd ingestopt, ben je misschien al goed gehecht aan de nieuwe partner, en dan moet je hem toch afstaan omdat het niet klikt.

Deze manier adviseren wij dus niet meer, wij adviseren echt om één koppelsessie te houden, op neutraal terrein.

De enige reden waarom er soms wel in korte sessies gekoppeld kan worden is als de gezondheid van de konijnen waar je mee koppelt niet goed is. Maar je wil ze toch niet alleen laten en kans op een gelukkig leven met een maatje gunnen. Het duurt langer, gaat net zo vaak mis als goed, maar als in één lange sessie koppelen geen optie is door gezondheidsredenen, zijn er dus wel uitzonderingsgevallen waarin dit de methode is waar in dat specifieke geval voor gekozen wordt.

Manier 4: Split cage
Bij veel knaagdiersoorten wordt gebruik gemaakt van de split cage methode. Sommige konijnenbaasjes proberen dat ook. Bij deze methode zijn de konijnen gehuisvest in hokken en/of rennen die aan elkaar grenzen. Ze zien elkaar en ruiken elkaar dus al door gaas of tralies heen. Om de zoveel tijd wisselen ze de dieren dan van hok, zodat ze in elkaars geur komen te zitten. Na een bepaalde periode zetten ze de dieren dan samen in één ruimte.

Hoewel dit voor bepaalde knaagdieren wel werkt, zijn konijnen geen knaagdieren maar haasachtigen. Blijkbaar ook in koppelmethodes. Over het algemeen zal deze methode bij konijnen de hormonen flink aanwakkeren en frustratie naar het andere konijn opbouwen. Dat komt dan tot uiting op het moment dat je ze samen zet. Deze methode raden wij niet aan als eerste keuze.

Scheiden met gaas of het wisselen van verblijf wekt bij konijnen vaak frustratie op. Ze zien en ruiken elkaar wel, kunnen hormonaal tegen elkaar doen, territoriums aan elkaar laten grenzen, maar niet bij elkaar om daadwerkelijk een rangorde te bepalen. Als je ze gaat scheiden met gaas komt dat er dan uit op het moment dat je ze echt gaat koppelen en is de kans zeer groot dat ze flink gaan vechten en dan dus niet meer samen kunnen.

Split cage kan soms wel handig zijn als de normale koppelmethoden niet werken, als het een konijn met een uitzonderlijk karakter betreft, of als een bestaand koppel korte tijd uit elkaar moet in verband met een castratie of gezondheidsproblemen. Maar houd er wel rekening mee dat het zieke konijn zwakker kan zijn, waardoor het fitte konijn ook door gaas heen soms erg gemeen is. In zo een geval kun je ze beter apart houden tot het zwakke konijn goed herstelt is, en dan weer op neutraal terrein terug koppelen aan elkaar.

In sommige gevallen, zoals het voorbeeld hieronder, kan deze methode toch handig zijn. Geen twee koppelingen zijn hetzelfde, en soms wil het op de traditionele manier (neutraal terrein) niet lukken. Dan kan het een optie zijn om om te denken naar konijnenlogica om tot een passende methode te komen voor jouw konijnen.

Voorbeeld van een koppeling met split cage methode:

Ik heb ooit een koppeling gedaan van een drietal waarbij één konijn zeer angstig was. Het was de bedoeling dat het angstige konijn, een ram, bij twee reeds gekoppelde voedsters zou komen te wonen. Voorheen waren die voedsters onderdeel van een drietal maar die ram was overleden. Zowel de voedsters, als de ram waren gecastreerd. Er was dus weinig sprake van hormonaal gedrag. De nieuwe ram bleek echter erg angstig te zijn van andere konijnen, door onbekende reden.

Op het moment dat een ander konijn op hem afstapte sprong hij zo panisch in de rondte, dat ik bang was dat hij gewond zou raken. De andere konijnen snapten er niets van. Na een paar koppelpogingen was het nog niet beter, en erg stressvol voor alle drie de konijnen. Het was geen optie meer om de koppeling op deze manier door te blijven zetten.

Het bange konijn heb ik toen gehuisvest in een aparte ren, in de ren van de voedsters. Een ren in een ren dus. Ze hebben op die manier twee maanden naast elkaar gewoond, ik heb ze niet van verblijf gewisseld, maar gewoon door het gaas aan elkaar laten wennen. Daarna heb ik een nieuwe koppelpoging gewaagd. Eerst op neutraal terrein. Dat ging gelijk goed. De ram was niet meer bang en er was normaal koppelgedrag te zien. Daarna heb ik eerst de ram in de ren gelaten (waar de twee voedsters al woonden). Toen hij wat gesnuffeld had en de ren verkend had, heb ik beide voedsters er bij gezet. Dat ging gelijk goed. Pas na een week begonnen ze wat te jagen rond voedertijd, maar later werd dat ook weer minder. Daarna werd het drietal steeds hechter.

Manier 5: De koppelvakantie
Heb je geen ervaring met konijnen en vind je het doodeng om te gaan koppelen? Een aantal konijnenopvangen en konijnenscholen bieden hulp aan. Dat kan zijn in de vorm van advies en begeleiding aan huis maar ook in de vorm van een koppelvakantie.

Bij een koppelvakantie verblijven jouw konijnen tijdelijk bij een (vakantie)opvang en doen ze daar de koppeling voor jou op neutraal terrein. Sommige ervaren konijnenhouders kiezen ook nog voor deze optie, als ze bijvoorbeeld een lastige koppeling willen gaan doen van een grotere groep konijnen. Of als ze een grote groep konijnen willen samenstellen of uitbreiden via een opvang. Als je dat wil doen, is het het makkelijkst om de opvang te laten beslissen welke konijnen in de groep passen qua karakter en de koppeling daar plaats te laten vinden.

Maar ook voor de onervaren konijnenhouder kan het fijn zijn om de koppeling op neutraal terrein bij een opvang te laten doen. Op het moment dat het goed gaat op het neutrale terrein mag je de konijnen weer ophalen, en kun je ze thuis in het definitieve verblijf plaatsen.

Niet elke opvang heeft er de ruimte en mogelijkheid voor, maar kunnen je vast doorverwijzen naar een collega-opvang of adviesbureau die wel kan helpen. Sommige opvangen bieden deze service ook alleen aan als het om konijnen uit hun opvang gaat.

Manier 6: Koppelen onder stress

Ten eerste willen wij benadrukken dat wij deze koppelmethode absoluut niet adviseren. Wij noemen de methode echter toch, omdat er elders op internet ook informatie over te vinden is. Stress kan voor konijnen echter gevaarlijk zijn. Konijnen zijn erg gevoelig voor stress en als konijnenbaasje wil je stress dus ook zo veel mogelijk voorkomen.

Bij sommige konijnen wil het maar niet klikken. Dan is er een manier die soms als laatste poging gebruikt wordt, als je konijnen maar blijven vechten. Dit heet koppelen onder stress.

Je stopt beide konijnen in een (dichte) doos en doet iets stressvol. Bijvoorbeeld stofzuigen om de doos heen, de doos op een centrifugerende wasmachine zetten, een rondje met de auto rijden, of iets anders stressvol. Doe dit ongeveer een kwartiertje. Na de stress haal je beide konijnen uit de doos en zet je ze zomaar eventjes samen. Ze zullen nog zo onder de indruk zijn dat ze niet gelijk gaan vechten. Daarna haal je ze weer uit elkaar. Het idee achter het koppelen onder stress is dat je zorgt dat ze goede herinneringen aan elkaar krijgen, tijdens te stress zochten ze immers steun bij elkaar. Je moet zorgen dat ze veel goede momenten samen krijgen, dan accepteren ze elkaar op een gegeven moment als het goed is wel.

Als je echter naar dit soort koppelmethodes moet grijpen om je konijnen samen te krijgen, raden wij je aan om voor een andere combinatie te kiezen. Bij erge stress kan een konijn namelijk overlijden. Dit is dus in onze ogen een minder diervriendelijke koppelmethode.

Welk gedrag zie je tijdens een konijnen koppeling?

Bij een koppeling hoort het bepalen van de rangorde. Eén konijn zal de leider worden. Het is niet zo dat dit helemaal zwart-wit is en de rest dan onderdanig is. Maar één leider zal er in elke groep zijn.

Onthoud, koppelen is voor konijnen best stressvol en ziet er over het algemeen niet leuk uit. Het is iets waar ze helaas wel doorheen moeten om samen te leven met een maatje. Koppelen is gelukkig echt van tijdelijke duur, als de koppeling slaagt, trekken ze als het goed is steeds meer naar elkaar toe. Per koppel kan er wel wat verschil in zitten hoe snel dat is, het ene koppel is nou eenmaal een betere match dan het andere koppel. Hieronder een lijst met gedrag dat je tijdens een koppeling kan zien.

Wat voor gedrag kun je verwachten tijdens een koppeling, en wat betekent het?
Achtervolgen – Dit doen de konijnen als ze de dominantie wil bepalen. Het ene konijn wil op het andere konijn rijden, en daardoor ontstaat er een achtervolging.
Op elkaar rijden – Konijnen rijden op elkaar om te laten zien wie de baas is. Zowel de ram kan op de voedster rijden, als de voedster op de ram, en ook rammen rijden op elkaar en voedsters rijden op elkaar. Dit heeft dus gewoon te maken met het bepalen van de rangorde.
Bijten – Bij elke koppeling word er wel eens gebeten. Als het zomaar wat plukjes haar zijn is dit echter niet erg. Als het echt een vechtpartij word moet u wel ingrijpen.
Vlinderen (draaien om elkaar heen) – Dit gaat meestal vooraf aan een vechtpartij. De konijnen draaien om elkaar heen, dit zijn meestal konijnen die ongeveer gelijk zijn in dominantie, en zij willen elkaar dan berijden.
Vechten – Als de konijnen echt rondrollen, de haren in het rond vliegen en ze hard bijten moet u tussen beiden komen. Let wel op! Een konijn dat vecht ziet niet waar hij in bijt, en zo kan u lelijke wonden aan uw handen krijgen! Het is daarom beter om (oven)handschoenen te dragen.
Knorren – Dit doen konijnen als ze niet tevreden zijn of zich bedreigd voelen. Het betekend “blijf uit mijn buurt”
Stampen – Dit doen konijnen als ze bang zijn, als er gevaar is. Dit kan dus ook bij een koppeling voorkomen.
Negeren/onverschillig gedrag – Dit is geen slecht teken. Meestal slaat dit gedrag op een gegeven moment om in nieuwsgierigheid, en gaat de koppeling goed! Konijnen doen vaak onverschillig als ze de ander aan het pijlen zijn, als ze aan het inschatten zijn hoe het andere konijn is.
Nieuwsgierig/ Snuffelen aan elkaar – Dit is een goed teken! Jouw konijnen tonen interesse in elkaar, en willen elkaar beter leren kennen!
Elkaar wassen – Het wassen van elkaar is een goed teken. Het wassen op de kopjes, of het aanbieden van een kopje zodat het andere konijn gaat wassen heeft te maken met onderdanigheid. Als je konijnen bij een koppeling elkaar wassen, dan gaat het de goede kant op!
Relaxed gedrag/Languit liggen/zichzelf wassen – Het konijn voelt zich op zijn gemak in de omgeving, en dus ook met de partner! Dit is een goed teken!
Boksen – Als één of beide konijnen op de achterpoten staan en met de voorpoten naar elkaar boksen dan gaat er iets goed mis bij de koppeling. Dit gedrag laten wilde konijnen en wilde hazen ook zien in de paringstijd, als ze een andere, concurrerende ram willen verjagen. Bij tamme konijnen zie je het niet vaak, maar het kan tijdens een koppeling wel voorkomen.

Hoe grijp je in bij een koppeling?

Als het mis gaat, en je konijnen vechten of rijden wel heel veel op elkaar wil je graag ingrijpen. Het is belangrijk dat je de konijnen toch niet te snel uit elkaar haalt. Gelukkig kun je op andere manieren ook de koppeling wat sturen.

We raden aan om niet te veel in te grijpen bij een koppeling. Het kan er fel aan toe gaan, het is zielig om te zien, maar het is iets waar ze doorheen moeten. Het is de manier waarop konijnen communiceren.

Gaat het mis tijdens de koppeling en gaan de konijnen echt fel vechten, bijten ze in elkaar vast, schoppen ze naar elkaar, boksen ze naar elkaar of krijsen ze van pijn of angst? Dan stop je de koppeling.

Je kunt, met (oven)handschoenen aan, tussen beiden komen in een gevecht, als het uit de hand lijkt te lopen. Als konijnen echt goed vechten kijken ze namelijk niet meer waar ze in bijten, en uit ervaring weten wij dat het flinke bijtwonden in je handen op kan leveren om vechtende konijnen uit elkaar te halen. Door (oven)handschoenen te gebruiken, voorkom je dat ze zelf verwondingen op loopt. Durf je zelfs met handschoenen aan niet tussen beiden te komen? Zorg dan dat je een stevig stuk karton, een dienblad, een stuk hout, een bezem of iets dergelijks hebt waarmee je de konijnen uit elkaar kan halen, door het object tussen de vechtende konijnen te steken en ze op die manier uit elkaar te duwen.

Wat jagen, plukjes haar uit trekken, een kort gevechtje, en rijden is normaal. Daar moeten ze echt doorheen tijdens een koppeling. Pas als ze echt vechten, dus echt gericht elkaar aanvallen, en daarbij zich vastbijten in de vacht terwijl ze naar elkaar schoppen en slaan, en soms ook krijsen, is een teken dat het niet gaat werken. De kans dat het tussen een koppel nog gaat werken na een heftig gevecht is nihil, je kan het dan beter met een andere partner proberen.

Grijp ook in als je ziet dat er echt erge stress is bij één van de konijnen. Zelf laat ik ze in zo een situatie in de koppelren, maar scherm ik even met een paar panelenren delen een hoekje af waar het gestreste konijn op adem kan komen, kan eten en drinken. Dit doe je echter zo min mogelijk, bij een goede match laat je ze samen en haal je ze niet uit elkaar.

Tekenen van stress zijn neusvleugels die wijd open staan, hijgen en languit liggen. Gevaar bij stress is ook de reactie van de gevoelige darmen. Hou juist in de koppelperiode in de gaten dat het konijn blijven eten, drinken én keutelen. Stop het dier hiermee, staak dan direct de koppeling, geef het konijn rust en kijkt of het zich herstelt. Wanneer de situatie zich niet binnen enkele uren hersteld of als er ernstige wonden zijn, ga er dan direct mee naar de dierenarts. Gelukkig komt dit weinig voor, maar het is toch goed om dit te weten en in te kunnen grijpen.

Blijf bij de koppelingen bij of in de buurt van je konijnen. Zeker in het begin kan een koppeling snel omdraaien en zul je mogelijk moeten ingrijpen.

Zorg dat je een reserve verblijf hebt om de konijnen uit elkaar te halen als de koppeling niet lukt.

Vraag op het forum om raad als het niet lukt. Er zitten veel konijnenbaasjes met koppelervaring die kunnen helpen als je het even niet weet. Wees ook niet bang om de opvang te bellen waar de konijnen vandaan komen, ook zij kunnen als het goed is adviseren.

Gaat de koppeling goed, zorg dan voor positieve eet-momentjes. Leg op twee plekken wat voedsel neer zoals brokjes of groenvoer dat ze gewend zijn. In het begin durven ze misschien nog niet al te dicht bij elkaar te eten, maar elke dag kun je hierin stapjes maken.

Een konijnengroep koppelen
Meer over het koppelen van konijnengroepen lees je in ons artikel over groepskoppelingen.

Konijnen vechten, konijnen her-koppelen
Meer over het her-koppelen van konijnen die elkaar al kennen, bijvoorbeeld na een ruzie, vechten, gezondheidsproblemen of castratie, lees je in het artikel over het opnieuw koppelen van konijnen.

Koppelen is maatwerk
Niet elk konijn is gelijk, niet elke situatie is gelijk. Koppelen is maatwerk. Lukt het niet? Vraag dan hulp. De konijnenopvang waar jouw konijn vandaan komt kan advies geven, maar er bestaan ook konijnenadviesbureaus waar je terecht kan voor hulp bij een koppeling.

Als het echt niet klikt
Sommige koppels zullen nooit slagen. Wij baasjes hechten ons vaak snel aan konijnen en beslissen dan vaak heel egoïstisch – dan zitten ze maar allebei alleen – omdat dat voor ons het makkelijkst is . Maar dat is nooit het beste voor het konijn. Voor elk konijn is er een geschikt maatje te vinden. Soms betekent dat dat je een van jouw konijnen moet “omruilen” of dat je extra ruimte voor jouw konijnen moet maken en met twee koppels komt te zitten.

Kies je er voor om één konijn om te ruilen in de opvang, houd er dan wel rekening mee dat je zowel afstandsbijdrage voor het konijn dat je daar laat moet betalen, als een adoptiebijdrage voor het nieuwe konijn. De opvang heeft immers kosten gehad aan het nieuwe konijn dat je er haalt, en moet kosten maken voor het konijn dat je er laat.

Een konijn herplaatsen kan ook. Maar pas erg goed op. Geef jouw konijn nooit gratis weg en wees kritisch op het nieuwe baasje. Het zou zonde zijn als het konijn als impulsaankoop ergens terecht komt, alsnog alleen komt te wonen of als slangenvoer wordt gebruikt. Wissel je een konijn via een opvang, dan heb je in ieder geval de garantie dat het nieuwe baasje aan de plaatsingsvoorwaarden moet voldoen en dat ze er alles aan doen om te zorgen dat het diertje goed terecht komt.

Wij begrijpen volledig hoe groot de liefde voor een konijn kan zijn, en hoe je je aan een dier kan hechten. Maar soms is het beter om een konijn bij een ander de kans op geluk te gunnen, dan zelf oneindig door te gaan met koppelingen die niet werken of konijnen apart te huisvesten. Konijnen zijn echt sociale dieren, geen enkel konijn verdient het om een leven lang eenzaam en alleen te zijn.

Veel succes met koppelen!