Onverwacht nestje konijnen

Het kan natuurlijk altijd voorkomen dat je door verkeerde geslachtsbepaling of een onverwachte ontsnapping met een nestje komt te zitten. Dat is natuurlijk erg vervelend. Wat is er belangrijk op het moment dat je het nest ontdekt?

Wat te doen bij een onverwacht nestje konijnen?

Mag de ram bij het nest blijven?

Nee, Haal de ram gelijk bij het nest weg. Ook als hij inmiddels al gecastreerd is.
De voedster kan namelijk gelijk weer gedekt worden, en dan zit je na 4 weken met een 2e nest! Laat de ram castreren als hij dat nog niet is, zodat hij later (nadat de jongen naar nieuwe huisjes zijn) weer teruggekoppeld kan worden aan de voedster. Een nieuwe dekking kan gelijk na de bevalling al plaatsvinden. Bij onverwachte nestjes is een 2e nest na 4 weken dus helaas vaak realiteit en iets om rekening mee te houden. Weet je niet welk konijn de ram is? Laat dan iemand met verstand van konijnen de geslachten bepalen zodat je het juiste konijn bij het nest weg haalt.

Rammen hebben geen rol in het voeden of verzorgen van het nest en zorgen vaker voor problemen dan dat ze er iets goeds voor kunnen betekenen. Kies voor de veilige oplossing en zet de ram echt apart van de voedster en het nest. Zorg echt voor aparte huisvesting. Het liefst uit het zicht en dus zonder dat er door gaas nog contact is met de voedster. Op die manier kan er ook geen frustratie ontstaan, wat voor stress kan zorgen en voor problemen bij een latere koppeling.

Welk konijn is de moeder van het nest?

Heb je meerdere konijnen samen zitten, en zijn het echt allemaal voedsters? Bijvoorbeeld omdat ze door wilde konijnen gedekt zijn? Dan is het belangrijk om te bepalen wie de moeder van het nest is, en de andere konijnen apart te zetten. Voedsters zijn meestal niet heel agressief naar het nest van een andere voedster, maar ze zijn er ook niet erg zorgzaam voor, waardoor er wel ongelukjes kunnen gebeuren. Het is dus beter, zeker in de beperkte ruimte die onze huisdierkonijnen hebben, om andere voedsters apart te zetten.

Vaak kun je aan de kleur haren in het nest wel zien welk konijn de moeder is. Hebben de konijnen de zelfde kleur? Dan is het lastiger. Dan moet je er achter zien te komen wie ze voed. Dat kan bijvoorbeeld met cameratoezicht, mocht je dat hebben en op het konijnenverblijf kunnen richten, is dat de meest rustige manier, de minste stress, waardoor je er toch achter komt wie de moeder is.

Voeding voor een zogende voedster

Moeder heeft voor het moment van de bevalling, tijdens de zwangerschap, niet meer voer nodig, te dik zijn kan namelijk erg schadelijk zijn tijdens de zwangerschap. Je kunt de laatste week wel eventueel wat jonge konijnenvoer mengen met het normale voer, die laatste week van de zwangerschap zal ze namelijk meer behoefte hebben aan eiwitten, en die zitten in jonge konijnenvoer. Eiwitten zitten ook in luzerne / alfalfa, een grassoort. Dat kun je dus ook bijvoeren in die periode.

Op de dag dat moeder bevallen is, wat meestal het moment is dat je er pas achter komt dat ze zwanger was bij een onverwacht nest, heeft ze geen behoefte meer aan extra eiwitten, die moet je dan ook niet meer geven. Ze zal dan wel meer behoefte hebben aan heel veel vocht voor de melkproductie, en aan extra koolhydraten. Deze zitten bijvoorbeeld in erwtenvlokken.

Na de bevalling mag moeder toch meer eten dan normaal, zeker als het een groot nest is zal ze zeker extra voer nodig hebben. Je mag de moeder dus zeker 5-6 keer de normale hoeveelheid brokvoer geven tijdens de zoogperiode. De normale hoeveelheid is 20 gram geperste brokken per kg lichaamsgewicht, uitgaan van het volwassen gewicht. Tijdens de zoogperiode mag je dus 100-120 gram geperste brokken per kg lichaamsgewicht per dag geven aan de moeder. Let wel op dat het ook nu belangrijk is dat ze nog goed hooi eet en de blindedarmkeutels eet. Ook tijdens de zoogperiode is het dus belangrijk wel een goede balans in de voeding te vinden.

Zorg ook dat ze genoeg vocht binnen krijgt door altijd vers drinkwater te verstrekken en als ze het gewend is bij te voeren met vochthoudend groenvoer zoals witlof. Ook onbeperkt hooi is erg belangrijk, dit voorkomt spijsverteringsproblemen. Als de jonge konijntjes weer weg zijn bij mama dan moet ze natuurlijk weer terug op haar normale hoeveelheid voer (20 gram biks per kilo lichaamsgewicht).

Verder raden wij niet aan om nieuw voedsel te introduceren op het moment dat een voedster een nestje heeft. Dus geen verandering van brok, geen nieuw groenvoer, geen nieuwe kruiden of ander voedsel wat ze niet gewend is. Als de moeder diarree krijgt terwijl ze jongen te verzorgen heeft, verliest ze vocht wat ze nodig heeft om te zogen en vermindert haar kracht, die ze hard nodig heeft om een nest groot te brnegen. Geef liever een beetje extra van het voedsel dat ze gewend is, dan iets nieuws te introduceren.

Geef je gedroogde of verse kruiden? Voor een zwanger en/of zogend konijn moet je met een aantal soorten kruiden oppassen. Wees voorzichtig met peterselie. Dat heeft te maken met de vochtafdrijvende werking die invloed kan hebben op het vruchtwater en de melkproductie. Geef geen venkel of basilicum. Het stofje estragol kan schadelijk zijn. Dit stofje zit ook in dragon en anijs.

Bodembedekking

Het kan zijn dat er niet veel bodembedekking, en dus niet veel nestmateriaal, in het verblijf aanwezig was en dat de moeder daardoor maar een karig nestje heeft kunnen maken. Als het kan, zonder veel stress kun je nog wel extra bodembedekking en hooi aanbieden als nestmateriaal. Leg dat niet zelf in of op het nest, maar in de omgeving, zodat de moeder zelf kan bepalen of ze dat nodig heeft of niet.

Goed voorbereid zijn

Tip: Bestel voor de zekerheid direct konijnenmelk en benodigdheden (ORS, spuitjes, spenen) zodra je ontdekt dat er een nest geboren is. Konijnenmelk is niet overal makkelijk te krijgen, en dat voorkomt dat je later in de stress komt te zitten en het nergens snel kan krijgen als je het nodig hebt. Ga echter niet onnodig bijvoeren, dit verkleint de overlevingskansen van de jongen ook! Verderop in dit artikel staat daar meer informatie over.

Nestcontrole

Verstoor het nest niet onnodig vaak. Als het goed is weet moeder konijn het best hoe ze voor haar jongen moet zorgen, ook al zie je haar dat niet doen.

Wij raden aan om wel één van de eerste dagen een nestcontrole te doen. Als de voedster haar nest erg beschermd kun je haar beter even weglokken van het nest. Zorg echter niet voor te veel stress. Als het niet lukt, forceer het dan niet en bezorg de moeder niet te veel stress.

Lukt het wel? Haal je hand door de bodembedekking van het konijn (niet door de mestplek!) zodat je geen andere geur op de jongen overbrengt. Controleer voorzichtig of alle jongen leven door ze met 1 vinger aan te raken en te voelen of ze warm zijn. Dode jongen liggen meestal onderop en die moet je uit het nest halen. Als er jongen naast het nest liggen kun je die op dit moment terug bij de andere jongen leggen. Soms blijft een jong hangen aan de moeder na het zogen, en beland op die manier buiten het nest. Deze jongen mag je terug leggen.

Ligt telkens hetzelfde konijntje buiten het nest? Konijnenmoeders voelen over het algemeen goed aan als er iets mis is. Zwakke jongen zullen verstoten worden, buiten het nest liggen, dode jongen worden vaak gelijk al opgegeten en dus opgeruimd door de moeder. De overlevingskans van flessenkonijntjes is ontzettend klein. Het beste is dus om te zorgen dat de moeder alles heeft om zo goed mogelijk zelf voor de jongen te zorgen. Als het niet nodig is, niet ingrijpen. De natuur kan hard zijn, maar alles is met een reden. De moeder zorgt er instinctief voor voor dat de sterke jongen alle kansen krijgen.

Na de eerste nestcontrole is het aan te raden de jongen niet meer aan te raken tot ze zelf uit het nest komen. De moeder en de jongen hebben de meeste baat bij rust en zo min mogelijk stress. Ga ze niet dagelijks wegen of het nest aanraken bij het controleren, maar vertrouw op de moeder. Bij de normale voermomenten die de moeder gewend is kun je natuurlijk wel een blik op het nest werpen om te zien of alles goed gaat, maar raak op die momenten het nest verder niet aan.

Welk konijnenhok voor een nestje konijnen

Weet je dat de voedster zwanger is en heb je nog tijd om een goed verblijf te regelen, zorg dan voor een veilig en ruim verblijf met fijnmazig gaas en op vlak terrein, geen verdiepingen. Regel ook extra verblijven voor als de jonge konijnen wat groter zijn. Hieronder meer uitleg over waar je op moet letten.

Het komt bij onverwachte nestjes helaas vaak voor dat het nest niet op een handige plek ligt of dat het verblijf niet geschikt is om een nestje in te krijgen.

De gouden regel is om een nest zo min mogelijk te verstoren. Verplaats het niet. Verplaats het hok ook niet. Til de babykonijntjes er niet dagelijks uit. Zorg niet voor onnodige stress. Zorg ook dat de moeder altijd bij het nest kan komen. Ze zoogt niet veel, maar korte momentjes per dag, maar heeft zeker wel een moederinstinct om het nest in de gaten te willen houden.

Konijnen nestje in een hok met verdiepingen

Is het onverwachte nest geboren in een hok met verdiepingen? Schroef dan een plank voor de trapopening. Dat betekent helaas dat moeder minder ruimte heeft, maar zorgt er wel voor dat de jongen niet naar beneden vallen. Een opstaand randje maken is niet voldoende, een hok met verdiepingen is niet geschikt voor een nestje. Bij een onverwacht nestje kom je er helaas meestal pas echter als het nest er al is. In dat geval moet de opening moet dus echt dicht gemaakt worden voor de veiligheid van de jongen. Pas als de jongen echt voldoende zelfstandig zijn en niet meer zo kwetsbaar dat ze uit het hok kunnen vallen, kun je de opening weer vrij maken. Meestal is dat zo rond een leeftijd van ongeveer 5 weken. Wat eventueel wel eerder kan, is de jongen verplaatsen naar een ander verblijf, op vlak terrein, vanaf dat ze 3 weken oud zijn. Let wel op dat je niet te veel stress veroorzaakt voor de moeder. Als het een heel makkelijk konijn is, zou je het hok met 3 weken kunnen verplaatsen. Is de moeder echter niet goed gewend en angstig, dan is het beter om ze toch gewoon in het kleine hok te laten zitten, waar ze bekend is.

Konijnen nestje in de winter

Is het nestje buiten geboren maar is het nog erg koud buiten? Verplaats het niet. Deze jonge konijntjes hebben voldoende warmte in het nest en krijgen vanzelf nog een wintervachtje. Verplaatsen verstoort het nest, dat is dus echt niet aan te raden. Buitenkonijnen moeten buiten blijven en binnenkonijnen moeten binnen blijven. Wat je wel kan doen is zorgen dat het nest zo beschut mogelijk is. Ligt het nest in het deel van een hok waar een deel gaas zit, hang dan voor een deel van de opening bijvoorbeeld een jute zak. Wat ook kan doen om de temperatuur in het hok iets omhoog te krijgen is snugglesafe in het hok leggen. Let wel op, de jongen in het nest regelen hun eigen warmte, leg de snugglesafe dus niet direct in het nest bij de konijntjes. Warmtelampen zijn niet aan te raden bij jonge konijntjes omdat ze daar snel van kunnen uitdrogen. Als onervaren konijnenhouder is het niet verstandig die te gebruiken.

Konijnen nestje in de zomer

Is het nest in de zomer geboren met heel warm weer, dan kan het zijn dat de moeder de jongen niet al te dik afdekt. Dat is prima, en heeft dan te maken met het warme weer. Laat het aan de moeder over om goed voor de jongen te zorgen. Leg geen koelelementen in of bij het nest, de jongen kunnen daardoor onderkoeld raken. Wat je eventueel wel kan doen is zorgen dat het hok zo veel mogelijk schaduw heeft, door bijvoorbeeld een parasol neer te zetten als dat niet het geval is.

Is de toestand van het nest kritiek door kou, warmte of twijfel je of de jongen voldoende voeding krijgen, neem dan contact op met een dierenarts.

Hoeveel hokken heb je nodig voor een nestje konijnen?

Houd er ook rekening mee dat je voldoende verblijven hebt:

  • één verblijf waar de voedster met het nest in zit
  • één verblijf voor de ram, het liefst echt weg van de voedster zodat hij haar niet lastig kan vallen. Let ook op dat hij er niet uit mag kunnen ontsnappen, een lage panelenren voldoet dus niet!
  • één verblijf voor de jongen, wat als ze niet voor een leeftijd van 10 weken naar een nieuw huisje zijn twee verblijven moeten zijn: één voor de rammen en één voor de voedsters.

Heb je de pech dat de ram nog bij de voedster zat toen het nest geboren is, reken er dan op dat er na 4 weken een tweede nest komt. Verderop in dit artikel staat daar meer informatie over.

Tip: Heb je noodverblijven nodig tijdens een onverwacht nestje? Kijk rond op marktplaats, lokale prikborden en weggeefhoeken op Facebook. Vraag rond in de kennissenkring of op de bunnybunch forums. Er zijn vaak mensen die voor een klein bedrag een hok weg doen of een hok of ren uit willen lenen, zodat je zonder al te veel kosten tijdelijke verblijven hebt voor de vader en de jongen. Ontsmet geleende of tweedehands verblijven wel goed voor ingebruikname.

Wanneer mag je het konijnenhok verschonen bij een nestje?

Het is niet aan te raden om het konijnenhok vaak te verschonen als de moeder een nestje heeft. Dit kan namelijk voor veel stress zorgen. Over het algemeen, als de moeder het rustig accepteert, kan bijvoorbeeld een mesthoek of toiletbak wel regelmatig verschoond worden. Doe dat niet op dag 1 als het nestje net geboren is, maar na een aantal dagen pas voor het eerst. En verschoon ook niet onnodig vaak, om de paar dagen of als het een ruim hok is ééns per week, is voldoende.

De moeder heeft als het goed is een nest gebouwd voor de jongen van hooi, stro, haren en andere aanwezige nestmaterialen. Zeker buitenkonijnen bouwen in het voorjaar flinke nesten. Dat is niet voor niets. Het is dan in de nachten nog behoorlijk koud en het kan zelfs vriezen. Het gebouwde nest bied bescherming aan de jonge konijnen. Het is de bedoeling dat ze daar in opgroeien. Als het niet nodig is, moet je van dat nest dus echt afblijven.

Moet het nest verplaatst worden, in verband met ongeschikte huisvesting? Is het nest echt vies geworden? Pas vanaf de 3e week zou je het nest dan kunnen verplaatsen en/of het vieze nestmateriaal kunnen verschonen. Is de moeder heel angstig, doe het dan niet. Ook als de jongen 3 weken zijn, zijn ze nog afhankelijk van de moeder. Het is wel de periode dat de jongen wat zelfstandiger worden, gaan rondkruipen. Maar ze hebben nog steeds de melk van de moeder nodig en de warmte van het nest en van elkaar.

Nestje konijnen bijvoeren of niet?

Konijnen zorgen niet de hele dag door voor hun jongen. De moeder geeft ze ongeveer 2 keer per dag drinken en zal verder niet veel naar haar jongen omkijken. Soms lijkt het daardoor of het een slechte moeder is, maar het is juist een manier om de jongen te beschermen, om roofdieren niet naar het nest te lokken.

De moeder moet ook de ruimte hebben om even bij haar nest weg te gaan, maar zorg wel dat ze altijd zelf de keuze heeft om dat wel of niet te doen. Sluit haar dus niet af van toegang tot het nest, dat geeft stress.

Als de jongen stil zijn is het goed, als ze de hele dag veel piepen dan krijgen ze te weinig eten. Jonge konijntjes horen een bolle, volle buik te hebben, als ze dat niet hebben en veel piepen moet je ze handmatig bijvoeren. Als de jongen heel vroeg uit het nest beginnen te kruipen kan het ook zijn dat ze te weinig voeding krijgen. Zorg er voor dat de moeder niets te kort komt en zelf voldoende energie en rust heeft om voor de jongen te zorgen.

Het beste kun je zo goed mogelijk zorgen voor de konijnenmoeder, zodat ze zelf voldoende melk heeft voor haar jongen. Flessejongen lijkt leuk, schattig en lief, maar babykonijntjes die met de fles opgevoed of bijgevoed zijn hebben maar een overlevingskans van minder dan 1 op de 10. Mama zelf voor de jongen laten zorgen is dus altijd de beste optie. Soms komt het voor dat één konijntje achter blijft in groei, het zwakke konijntje in een nest. Het zwakke konijntje bijvoeren uit het nest kan, maar de kans is groot dat er met dat konijntje meer mis is en dat dat de reden is dat die achterloopt in groei. Of je in dat geval wel of niet bijvoert, de overlevingskans van het konijntje blijft zeer klein. Daarbij zorgt het voor zowel de moeder als het jong voor veel stress als je gaat bijvoeren, en ook dat is erg schadelijk voor de gezondheid en kan nadelig werken voor de moeder en wel gezonde jongen.

Is het aan de moeder zelf overlaten niet mogelijk omdat de moeder echt geen melk heeft, gewond of ziek is geworden of overleden is, dan heb je geen keuze en moet je de jongen met de fles opvoeden. De eerste 24 uur geef je nog geen konijnenmelk, maar geef je ORS. De volgende dag ga je de ORS mengen met melk en over op melkvoeding.

Er is speciale melk voor jonge konijntjes op de markt. Voed ze NIET op met koemelk, puppymelk, kittenmelk, geitenmelk of koffiemelk. Als je dat geeft of gegeven hebt is de overlevingskans van de jongen bijna nihil. Een mix van twee soorten kittenmelk is ook een goed melkalternatief en te bestellen via konijnenbelangen.nl

Spullen om zelf te voeren kun je halen bij een willekeurige apotheek, bij dierenartsen en in dierenwinkels. Om te voorkomen dat je met het tuutje van het spuitje dat je gebruikt de bekjes van de jonge konijntjes beschadigd, kun je een stukje fietsventielslang gebruiken, dat zit bijvoorbeeld in een fietsband reparatiesetje. Een voedingsschema staat op de website van de stichting konijnenbelangen en op de verpakking van konijnenmelk. Voed je konijntjes met de hand op is het aan te raden ze dagelijks even te wegen. Voor konijntjes die door de moeder gevoed worden, is wegen niet nodig.

Zijn de konijntjes 4 weken oud of ouder, en geeft de moeder dan geen melk meer, of laat ze ze niet meer drinken? Dat is geen probleem, de jonge konijntjes eten dan ook al zelfstandig hooi, groenvoer en brokken mee en kunnen daar verder prima groot op worden. Ze hoeven op die leeftijd niet meer bijgevoerd te worden met melk, start daar dan dus niet meer mee.

Tip: Mocht je voor de zekerheid melk en speentjes besteld hebben, maar heb je ze achteraf niet nodig gehad? Gooi ze niet zomaar weg, maar doneer ze aan een konijnenopvang bij jou in de buurt! Zij kunnen daar weer andere jonge konijntjes mee redden.

Wanneer mag je jonge konijntjes aanraken?

De eerste 10 dagen kunnen de jongen het best met rust gelaten worden, op een eerste controle na. Tussen de 10 en 14 dagen zullen de oogjes open gaan en de jongen zullen actiever worden. Je zult ze ook voor het eerst met hun neusjes buiten het nest zien steken, meer beweging zien in het nest.

Vanaf dag 18 -22 zullen ze steeds vaker vanzelf rond gaan lopen. Dit betekent dat je veel tijd met de jongen door mag gaan brengen, om ze goed te socialiseren. Speel met ze, en laat ze dan vooral op jou afkomen. Pak ze niet uit het hok. Leren wennen aan optillen mag, maar til ze rustig een klein stukje van de grond zonder ze gelijk weg te halen bij moeder en nestgenootjes. Til ze gewoon eventjes omhoog om aan optillen te wennen. Zorg dat er geen stress bij veroorzaakt wordt, konijnen houden niet van optillen, ook niet als ze nog zo klein zijn. Neem ze dus niet op schoot en laat ook niet de (buur)kinderen ze overal mee naartoe sjouwen. Het is het best om ze lekker in het verblijf bij mama te laten en ze daar veel aandacht te geven terwijl ze gewoon met hun pootjes op de grond blijven staan. Juist dan krijgen ze op een vertrouwde, veilige manier hun kennismaking met de mensenbaasjes.

Zorg er voor dat de konijnen lekker de ruimte hebben, koop bijvoorbeeld één of meerdere panelenrennen die je aan het hok koppelt om het verblijf wat uit te breiden, waarin ze flink kunnen rennen en springen. Zet een kartonnen doos en wat ander speelgoed er in zodat de kleine konijntjes zelf de wereld kunnen gaan ontdekken.

De jongen zullen ook langzamerhand met moeder mee gaan eten van het voer. Eventueel kun je de jongen speciaal voer geven voor jonge konijnen, hier zitten meer eiwitten in die de groei bevorderen. Ook luzerne / alfalfa bevat veel eiwitten, je kan een beetje van deze grassoort dus door het hooi mengen om de ontwikkeling van de jonge konijntjes te bevorderen. Controleer de conditie van de konijntjes regelmatig, een te snelle groei is niet goed voor het konijn. Groeien ze echt heel snel, overweeg dan eerder over te gaan op normaal konijnenvoer, ipv junior voeding.

Geef dit jonge konijnenvoer nooit langer dan tot de leeftijd van 6 maanden, je kunt best eerder overgaan op normaal voer zelfs. Je kunt de jonge konijntjes ook gelijk groenvoer mee laten eten, zo wennen ze daar alvast goed aan. Als ze diarree krijgen minder dan wat, maar in principe mogen ze zelf beslissen wat genoeg is. De jonge konijnen mogen zoveel droogvoer (biks) eten als ze willen, netzoals hun moeder zolang die zoogt.

Het is aan te raden om vanaf dag 20 ongeveer de jonge konijnen ook te socialiseren. Het als een hond en kat is dit een belangrijke periode waarin konijnen leren. Leer ze wennen aan mensenhanden op een prettige manier. Til ze niet uit het verblijf, maar til ze in het verblijf een klein stukje op. Zo blijven ze in de vertrouwde omgeving bij moeder en broertjes en zusjes, terwijl ze toch wennen aan mensenhanden. Neem ze niet op schoot, ga er niet mee rondlopen, geef ze niet aan kinderen in de handen. Daar zijn jonge konijntjes te kwetsbaar voor en het werkt zelfs negatief op het tam maken.
Zet “vreemde” objecten in het verblijf die konijnen spannend kunnen vinden, zoals een reismandje en een paraplu. Zet gerust ook een keer een vuurwerk CD op, of vuurwerkgeluiden van youtube, begin op een rustig volume en zet het elke keer een klein beetje harder. Op die manier wennen de jonge konijnen aan harde geluiden en zijn ze er minder bang voor.

Zijn er rustige andere huisdieren in huis zoals honden en katten, is dit de periode om de jonge konijnen daar op een verstandige manier mee te laten kennismaken. Wat wij ook aanraden is om dagelijks een gezondheidscheck uit te voeren waarbij je even onder het kontje van het konijn voelt, de conditie goed navoelt en de nageltjes bekijkt, dit terwijl het konijn gewoon op vier pootjes blijft staan. Dat is later erg handig!

Wanneer mag een nest konijnen weg bij de moeder?

Jonge konijnen mogen op een leeftijd van 8 weken weg bij de moeder. Met 8 weken zijn ze goed ontwikkeld en zullen ze sterk genoeg zijn op hun eigen benen te staan. Het best is ook om niet alle jongen tegelijk weg te halen, maar elke keer een of twee jongen. Ze zijn op die leeftijd nog wel te jong om te koppelen en te jong om gecastreerd te worden. In het ideale geval blijven ze langer samen met nestgenootjes of leeftijdsgenootjes van het zelfde geslacht.

In konijnenopvangen worden rond de leeftijd van 8 tot 10 weken de jongen per geslacht apart gezet. Ze maken dus een groep met jonge voedsters en een groep jonge rammen. Ze blijven dus met nestgenootjes of leeftijdsgenootjes samen tot het tijd is voor castratie en daarna tot het tijd is om gekoppeld te worden. Vaak is dit in pleeggezinnen, zodat de jonge konijnen al goed gesocialiseerd kunnen worden. Op die manier hoeven ze niet alleen te leven. Na castratie, voor rammen op de leeftijd van 16 weken, voor voedsters wat later, worden ze dan gekoppeld en uitgeplaatst naar een nieuw huisje.

Geef de jongen die naar hun nieuwe baasjes gaan een zak van het voer dat ze gewend zijn mee, de nieuwe eigenaren kunnen dan beslissen of ze dat voer ook kopen, of ze willen over wennen op nieuw voer.

Als alle jongen naar een nieuw huisje zijn kan de voedster weer aan de, inmiddels gecastreerde, ram gekoppeld worden. Doe dit op het moment dat de voedster goed hersteld is van het nest. En koppel ze op neutraal terrein. Meer uitleg daarover staat in het informatieve artikel over koppelen. Houd er rekening mee dat een ram zeker nog 14 dagen na castratie vruchtbaar is, er moet dus 3 weken tussen het moment van de castratie en het moment van koppelen zitten.

Geslachtsrijp

Rammen zijn geslachtsrijp vanaf 12 weken oud. Het is dus belangrijk dat ze op die leeftijd gescheiden van voedsters zitten, tot ze de leeftijd bereiken dat ze gecastreerd kunnen worden. Dat kan al rond de leeftijd van 12-16 weken, als de ballen indalen.

Voedsters zijn meestal iets later vruchtbaar dan rammen, maar er zijn voedsters die ook vanaf 12 weken vruchtbaar zijn. Er zijn meerdere gevallen bekend van voedsters die op de leeftijd van 12 weken toch al zwanger werden. Dat is echter veel te jong om een nestje konijnen te krijgen.

Ons advies is dus om de jonge konijntjes zeker op een leeftijd van 10 weken uit elkaar te halen op geslacht, dan zit je zeker veilig. Mocht je zelf jongen willen houden of nog geen nieuwe huisjes hebben, kunnen ze die eerste periode wel nog bij de nestgenootjes van het zelfde geslacht blijven. Je kan dus een verblijf met jonge voedsters maken, en een apart verblijf voor de jonge rammen. Omdat ze nog zo jong zijn dan gaat dat meestal zonder problemen goed. Ze zijn nog in de babytijd, nog niet in de puberteit. Zo zitten ze toch nog bij nestgenootjes in die eerste weken in plaats van alleen, tot het moment van castratie en daarna koppeling aan een eigen partner.

Schijnzwangerschappen

Voedsters die niet gedekt zijn kunnen ook een nest maken. Ze verzamelen dan stro en stokjes en trekken haren uit hun buik om een nest van te maken. Er volgen dan echter geen jongen. Als een voedster dit vaak doet is het verstandig om een castratie te overwegen. Hierdoor zullen de schijnzwangerschappen verminderen. Het nest dat de voedster maakt kan gewoon weggehaald worden. Het is aan te raden het wel eerst enkele dagen te laten liggen, totdat de voedster er op uitgekeken is. Als je het te snel weghaalt begint ze weer opnieuw.

Wat te doen bij een tweede nest konijnen, direct na het eerste nest

Helaas komt het regelmatig voor: baasjes zijn te laat om de ram weg te halen bij de voedster, en de voedster is direct na de bevalling opnieuw gedekt door de ram. Zeker bij onverwachte nestjes door fouten in geslachtsbepaling komt dit vaak voor. Met als gevolg: Vier weken na het eerste nest een tweede nest. Wat nu?

Ten eerste: haal de ram direct weg bij de moeder als dat nog niet gebeurd is, anders zal er zelfs een derde nest volgen. En dat is echt ontzettend uitputtend voor een voedster. Ons advies is om de ram te laten castreren, zodat dit niet nog een keer kan gebeuren en zodat hij nadat het tweede nest ook is opgegroeid en is “uitgevlogen” weer teruggekoppeld kan worden aan de moeder, zodat ze zonder nestjes samen gelukkig oud kunnen worden.

Ten tweede: Haal het oudste nest weg bij de vader en moeder. Zet deze jongen apart in een verblijf. De jongen moeten nog wel de komende weken samen bij elkaar blijven zitten en die weken verder opgroeien samen. Maar als je ze bij de moeder laat dan drinken ze de melk op van het jongere nest, en maken die kleintjes geen kans. Je hoeft de jongen uit het oudste nest niet bij te voeren met konijnenmelk. Zij eten als het goed is al brokjes en hooi, en als je het ze hebt aangewend zelfs ook al wat groenvoer. Hoewel het beter voor ze geweest was dat ze nog een tijdje bij moeder konden drinken, is het in deze situatie niet anders en moeten ze het vanaf dit punt zonder doen. Ga niet starten met melkvervangers: dat heeft over het algemeen geen positieve invloed op de darmwerking, en je wil geen kleintjes met diarree. De komende weken zullen de konijntjes veel leren van elkaar en steun hebben aan elkaar. Als ze 8 a 10 weken oud zijn mogen ze naar nieuwe huisjes toe en moet je de rammen en voedsters van elkaar apart zetten.

Ten derde: Zorg er voor dat de moeder niets te kort komt. Zij zal alle kracht nodig hebben om na het eerste nest direct weer een nest op te voeden. Geef haar onbeperkt brokvoer (bij voorkeur een junior brok), onbeperkt schoon water (dat heeft ze nodig voor de melkproductie), onbeperkt hooi en het verse groenvoer dat ze gewend is te eten. Let wel op dat er nog steeds, ook nu, een balans in de voeding moet zijn. Goed hooi eten dus, en de blindedarmkeutels niet laten liggen. Zorg dat je goede kwaliteit hooi geeft met goede voedingswaarde.

Maak je je zorgen over het tweede of derde nestje konijnen? Je kan ze af en toe wegen. Doe dit echter niet te vaak en alleen als de moeder het toe laat. Voorkom stress en het verstoren van het nest zo veel mogelijk. Zorg dat je konijnenmelk in huis hebt zodat je indien nodig kan bijspringen. En zorg er voor dat dit niet nog een keer kan gebeuren.