Konijnen zijn sociale dieren. Het liefst hebben ze een vriendje of vriendinnetje. Omdat rammen moeilijk samen gehouden kunnen worden en voedsters lastig te koppelen zijn is de beste combinatie een gecastreerde ram en een (bij voorkeur ook gecastreerde) voedster. Maar hoe gaat een castratie in zijn werk en waar moet je op letten?
Wanneer zijn konijnen vruchtbaar?
Jonge konijnen moeten op de leeftijd van 10 weken van elkaar gescheiden worden om zwangerschappen te voorkomen.
Rammen worden vruchtbaar tussen de 10 en 14 weken. Vergis je er niet in, ook als de ballen nog niet ingedaald zijn op die leeftijd kunnen ze al voedsters bevruchten! Haal rammen en voedsters dus echt op tijd uit elkaar!
Als je rammen en voedsters op deze leeftijd uit elkaar haalt met het idee ze later als koppeltje samen te houden? Zet ze dan bij voorkeur echt uit het zicht en uit de geur van elkaar. Er kan frustratie opbouwen naar elkaar toe en dat kan een latere koppeling negatief beinvloeden.
Die leeftijd waarop er gecastreerd kan worden varieert een beetje, omdat niet bij elke ram even snel de ballen ingedaald zijn. Bij de meeste rammen is dat tussen de 10 à 14 weken. Ook als de ballen nog niet ingedaald zijn kan een ram wel al bevruchten, dus houd echt de 10 weken aan om ze uit elkaar te halen!
Voedsters worden vruchtbaar tussen de 10 en 16 weken. Voedsters zijn dan echter nog veel te jong, als het op dat punt tot een zwangerschap komt is het vergelijkbaar met een tienerzwangerschap. Het belemmert de ontwikkeling van de voedster, die zelf nog kind is op die leeftijd, zeer sterk. Nogmaals, kies voor veilig en houd altijd de leeftijd van 10 weken aan om de voedsters en rammen gescheiden van elkaar te huisvesten. Die leeftijd is immers nog veel te jong om moeder te worden.
Na castratie kan een ram de eerste twee weken, de eerste 14 dagen, nog succesvol dekken. Wacht dus om zeker te zijn tot 3 weken na de castratie van de ram voor je de voedster en ram weer samen zet, om een nestje te voorkomen.
Castratie en sterilisatie
Castratie en sterilisatie worden vaak door elkaar gehaald. Veel mensen denken dat castratie bij een mannelijk dier is, en sterilisatie bij een vrouwelijk dier. Dat is echter niet correct. Castratie en sterilisatie kan zowel bij mannetjes als bij vrouwtjes, het zijn twee verschillende ingrepen. Castratie houd in dat bij de ram de zaadballen en een stukje zaadleider worden verwijderd, en bij een voedster de baarmoeder en eierstokken. Sterilisatie houd in dat de zaad of eileiders alleen worden afgebonden of doorgeknipt. Sterilisatie komt bij dieren nauwelijks voor omdat het hormonale gedrag dan nog steeds door blijft gaan.
Het best is dus om je konijn te laten castreren, hierdoor verandert namelijk de hormoonhuishouding. Je konijn gaat minder rijden en stopt met sproeien, wordt soms aanhankelijker en iets minder druk. Als je een ram alleen laat steriliseren zal hij, als hij samen komt te zitten met een voedster, haar bijna “verkrachten” en nauwelijks met rust laten. Dit is natuurlijk niet fijn voor de voedster.
Door castratie verandert het karakter niet. Alleen de hormoonhuishouding. Een dominant konijn zal na castratie nog steeds dominant zijn, een onderdanig konijn blijft onderdanig. Wat er verandert is het hormoon gestuurde gedrag. Maar niet al het hormonale gedrag, er worden namelijk ook op andere plekken in het lichaam hormonen aangemaakt, niet alleen in de voortplantingsorganen. De bijnieren en schildklier bijvoorbeeld produceren ook hormonen. En dat is goed ook vinden wij, want zo houden konijnen nog wel iets van hun natuurlijke gedrag op dat gebied.
Zie je op tegen al dit gedoe, wat castratie en koppelen meebrengt? Wij adviseren dan om een koppeltje al gecastreerde konijnen uit een opvang te adopteren! Dat scheelt ontzettend veel zorgen, kosten en gedoe!
Castratie van een mannetjeskonijn (ram)
Bij de castratie van een ram halen ze de zaadballen weg. Daardoor is hij niet meer vruchtbaar.
Een ram kan gecastreerd worden als zijn ballen zijn ingedaald, als deze zichtbaar zijn onder zijn lijfje. Dat kan al rond de 3 maanden zijn, zo rond de 12 a 16 weken. Nog niet alle dierenartsen doen dit vanaf deze leeftijd, hier moet je dus van te voren naar vragen. Als na de leeftijd van 16 weken de balletjes nog niet zijn ingedaald, dan is castratie zeker ook aan te raden. Soms wil een dierenarts dan nog iets langer afwachten, maar het is wel aan te raden ook dan de ingreep voor de leeftijd van 6 maanden te laten uitvoeren. Bij niet ingedaalde balletjes is de ingreep wel iets lastiger, omdat ze dan nog in de buikholte zitten en het dus meer te vergelijken is met de castratie van een voedster. Maar niet-ingedaalde balletjes kunnen voor gezondheidsproblemen zorgen, zo is er bijvoorbeeld grotere kans op teelbalkanker op latere leeftijd, dus zeker ook dan is castratie aan te raden.
De belangrijkste reden om rammen te laten castreren is zodat ze gekoppeld kunnen worden. Door castratie kunnen ze geen nakomelingen maken en toch gezellig met een vriendinnetje samen leven. Ook voorkom je door een ram op tijd te castreren dat hij gaat sproeien, worden ze vaak wat liever en zijn ze gemakkelijker zindelijk te maken. Op bunnybunch raden wij aan om rammen altijd te castreren. In dit geval zijn er meer voordelen aan de operatie dan nadelen.
Sterilisatie (castratie) van een vrouwtjes konijn (voedster)
Zoals hiervoor uitgelegd worden vrouwtjeskonijnen niet gesteriliseerd, maar gecastreerd. Bij castratie van een voedster worden de eierstokken (en bij voorkeur ook de baarmoeder!) verwijderd.
De castratie van een voedster kan ook al vanaf de leeftijd van 3 maanden. Dat is wel vroeg. De meeste dierenartsen doen dat alleen als er sprake kan zijn van een ongewenste zwangerschap (abortus) of medische problemen.
De beste leeftijd om een voedster te laten castreren is tussen de 6 maanden en 1.5 jaar. Ten eerste zijn er dan vaak nog geen problemen met de baarmoeder en eierstokken en ten tweede genezen konijnen op die leeftijd vaak wat sneller dan wanneer ze al wat ouder zijn. Allebei mooi meegenomen, als je toch de keuze hebt. Het advies is om een voedster als het kan voor de leeftijd van 1,5 jaar te laten castreren omdat na die leeftijd voedsters meer buikvet krijgen. Dat maakt de ingreep wat lastiger uit te voeren voor de dierenarts. Niet onmogelijk, zeker niet. Maar als je het ideale moment kan kiezen, dan is dat dus tussen de 0.5 en 1.5 jaar.
De belangrijkste reden om voedsters te laten castreren, is om baarmoederproblemen zoals baarmoederontstekingen en baarmoederkanker te voorkomen. Dat komt bij konijnen vrij veel voor als ze wat ouder worden. Ten tweede helpt het bij gedragsproblemen die ontstaan door hormonaal gedrag. Voedsters worden bijna nooit meer rams of schijnzwanger na castratie, wat gunstig is voor het leven in groepen in gevangenschap. Ook is de kans dat een gecastreerde voedster gaat sproeien kleiner.
Baarmoederkanker konijnen
De belangrijkste reden voor castratie van voedsters is het voorkomen van kanker. Baarmoederkanker is de meest voorkomende vorm van kanker bij het konijn. Het maakt niet uit of een voedster wel of geen nest heeft gehad, de leeftijd speelt wel mee.
Uit een aantal onderzoeken is gebleken dat een voedster van 4 jaar of ouder een kans van 60% op baarmoederkanker heeft. Waarschijnlijk hebben bepaalde rassen (zoals Hollanders) meer aanleg voor baarmoederkanker dan anderen. Het onderzoek is inmiddels al wel gedateerd, maar gezien de verhalen die wij op het forum voorbij zien komen over voedsters die op latere leeftijd gecastreerd worden, lijkt het aantal voedsters dat baarmoederproblemen krijgt wel redelijk hoog te zijn, we weten echter niet of het de 60% uit het onderzoek haalt. Sinds het onderzoek gedaan is, is er veel op het gebied van konijnenwelzijn veranderd, en het onderzoek was ook niet onder huisdierkonijnen.
Als wij zelf een schatting zouden maken denken wij dat het eerder in de buurt van de 33% zal zitten (1 op de 3). Bij veel wat oudere voedsters die gecastreerd worden zijn er plekjes op de baarmoeder of eierstokken te zien die wijzen op de ontwikkeling van tumoren.
Konijnen met baarmoederkanker krijgen (bloederige) uitvloeiing uit de geslachtsopening, pijn en uiteindelijk zullen ze overlijden als er niet op tijd kan worden ingegrepen. Soms is echter het enige wat je aan de buitenkant ziet dat het konijn stopt met eten, en stilletjes en lusteloos wordt. Doe je niets, dan zal het konijn sterven. Ga je naar de dierenarts, dan zal pas na het maken van buikfoto’s van het konijn vastgesteld kunnen worden dat het baarmoederkanker betreft. Soms is het dan al in de fase dat het is uitgezaaid naar andere organen en kan er niet veel meer gedaan worden. Naast baarmoederkanker komen er ook melkkliertumoren voor die uit kunnen zaaien naar de longen. Dit kan voorkomen worden door een voedster op tijd te laten castreren.
Baarmoeder en eierstokken verwijderen bij voedster
Een tip van ons uit; vraag of de dierenarts zowel de baarmoeder als eierstokken verwijdert bij de castratie. Dit kun je navragen bij je dierenarts als je de afspraak maakt. Vraag na bij je dierenarts of de castratie van de voedster bij hun inhoudt dat alleen de eierstokken verwijderd worden, of baarmoeder en eierstokken. Beide is een castratie, maar het één heet ovariëctomie en het ander ovariohysterectomie.
Bij honden en katten wordt bij castratie van een vrouwtje de baarmoeder vaak niet weggehaald, of pas na een bepaalde leeftijd. Ze halen alleen de eierstokken weg. De baarmoeder verschrompelt bij honden en katten namelijk, en zorgt zonder de eierstokken niet voor problemen. Veel dierenartsen passen dezelfde methode toe bij konijnen en laten de baarmoeder zitten als deze er gezond uit ziet…. Maar bij konijnen zijn er signalen dat dat net even anders werkt! Ook als de eierstokken wel zijn weggehaald, kan de baarmoeder op latere leeftijd nog voor problemen zorgen! Helaas is er nog geen wetenschappelijk onderzoek gedaan om dit te ondersteunen, wat de reden is dat niet alle dierenartsen zich er van bewust zijn. Maar in de praktijk zijn er gevallen geweest van voedsters waarbij de baarmoeder nog opspeelde na castratie. Het niet laten verwijderen van de baarmoeder heeft als risico dat er voor een 2e keer een castratie nodig is, terwijl je juist die problemen had willen voorkomen! Laat je je voedster castreren, benadruk dan altijd even bij de dierenarts dat ze ook de baarmoeder weghalen, en niet alleen de eierstokken. Een goede konijnkundige dierenarts zal als het goed is standaard bij castratie van een voedster zowel de eierstokken als de baarmoeder er uit halen. Het maakt de castratie niet veel zwaarder of lastiger, er word soms aangegeven dat de kans op verzakkingen op latere leeftijd groter kan zijn, maar bij konijnen is er geen onderzoek naar gedaan om dit te ondersteunen. We hopen dat dat ooit nog wel komt, maar dat zal waarschijnlijk nog langere tijd duren. Ondertussen wachten wij er niet op, en adviseren wij om te vragen of de dierenarts niet alleen de eierstokken, maar ook de baarmoeder weghaalt.
Vroegcastratie van een konijn (ram)
Toen we in 2005 Bunnybunch begonnen, was vroegcastratie in opkomst. Toen ging toen het om het castreren van konijnen rond de leeftijd van 16 weken in plaats van rond een leeftijd van 6 maanden, wat eerder gebruikelijk was. Wat toen vroegcastreren genoemd werd, is tegenwoordig echter de norm geworden.
De laatste jaren horen wij echter dat de leeftijdsgrens voor castratie van konijnen in landen om ons heen (Engeland, Duitsland) toch weer verder naar voren is geschoven. Er wordt niet meer gewacht op het indalen van de balletjes van een ram, maar met 8 of 9 weken worden ze al gecastreerd. Voordelen daarvan zijn dat jonge konijnen door fokkers inclusief de castratie verkocht worden, direct vanuit het nest, zodat ze niet apart hoeven van elkaar in verband met vruchtbaarheid. Omdat de castratie plaats vind vóór de ram vruchtbaar is, hoeven de drie weken apart ook niet aangehouden te worden. De ram kan dus gelijk met een zusje vertrekken naar een nieuw baasje, die niet moeilijk hoeft te doen met het scheiden van de konijnen.
Nadeel van dit op zo een jonge leeftijd doen is dat de konijnen nog erg klein zijn, ook hun organen. Niet elke dierenarts zal de ingreep op deze jonge leeftijd al uit kunnen en willen voeren. Daarbij is het ook een buikoperatie, omdat men niet wacht tot de balletjes ingedaald zijn. Een zwaardere ingreep dan wanneer je nog enkele weken langer zou wachten. De meeste Nederlandse dierenartsen geven er dus ook de voorkeur aan te wachten tot het konijn iets ouder is en de balletjes wel ingedaald zijn. Dit maakt de ingreep op zich namelijk korter, makkelijker en beter uit te voeren.
Wat ook een groot nadeel is van starten met konijnen op deze manier, is dat op jonge leeftijd nog geen karakters bekend zijn. Starten met twee willekeurige jonge konijnen, of het nou broer en zus of twee konijntjes uit verschillende nestjes zijn, heeft altijd een groot risico dat het alsnog misloopt, dat er geen karakter-klik is als de konijntjes de puberteit bereikt hebben. Wat dat betreft is koppelen met volwassen konijnen, waar de karakters al van bekend zijn, een betere manier om tot een stabiel konijnenkoppel te komen. Het is in ieder geval een simpelere manier voor de beginnende konijnenhouder, zodat je weet waar je aan toe bent en zelf niet te veel gedoe met uit elkaar halen en koppelstress hebt.
Veel konijnenasiels en opvangen laten de rammen op de leeftijd van 12 weken castreren. Dit zorgt er voor dat ze niet al te lang in het asiel hoeven blijven en gezellig met een voedster kunnen gaan samen wonen als ze ongeveer 15 weken oud zijn. In konijnenopvangen zijn vaak ook wel meerdere jonge konijnen dus tot die tijd kunnen ze met konijntjes van het zelfde geslacht samen leven en hoeven ze niet alleen te zitten. Op het moment dat ze oud genoeg zijn om gekoppeld te worden verhuizen ze met partner naar een nieuw huisje.
Oud konijn laten castreren
Tot welke leeftijd kan een konijn gecastreerd worden? Daar is geen maximale leeftijd voor. Zelfs senior konijnen kunnen gecastreerd worden. We kennen meerdere verhalen van castraties van konijnen die 10 jaar of zelfs nog ouder waren, wat prima is verlopen.
Wel willen we meegeven dat een goede konijnkundige dierenarts de gezondheid van een konijn goed controleert voor de narcose en operatie start en die in alle gevallen het best kan beoordelen of er sprake is van verhoogd risico. De gezondheidscontrole voorafgaand aan een operatie is echter belangrijk bij konijnen van alle leeftijden, niet alleen senior konijnen.
Risico van een castratie
Een castratie van een ram of voedster is voor een konijnkundige dierenarts een routine klusje. Kies jij een in konijnen gespecialiseerde dierenarts, dan heeft die voldoende actuele kennis en voldoende ervaring. In dat geval is het een ingreep met zeer weinig risico.
Zeker voor een ram is het een oppervlakkige ingreep met weinig risico en snel herstel. Voor voedsters is het wel een buikoperatie. Dat heeft wat meer herstel en nazorg nodig achteraf.
Konijnen zijn compleet verschillend van honden en katten als het gaat om castraties. Een dierenarts die niet of nauwelijks konijnen behandelt, en ook geen bijscholing doet over konijnen, werkt waarschijnlijk met verouderde technieken, wat het risico van de operatie onnodig groot maakt. Zorg dus altijd dat je een castratie uit laat voeren door een goede konijnkundige dierenarts. Je verwacht het misschien niet, maar konijnen zijn een specialisme en er zit weinig informatie in de basisopleiding voor dierenartsen. Het best zoek je dus een dierenarts die echt actief bijscholing volgt over konijnen.
Bij een gezond konijn, of het nou bij een voedster of ram is, is het risico zeer klein. Kies wel voor een dierenarts met konijnen als interessegebied en/of specialisme. Er is altijd een uitzondering te noemen waarbij het niet goed ging. Maar die verhalen horen we zeer weinig en als ze er zijn gaat het om konijnen die al ziek en verzwakt de ingreep ingingen of waar tijdens de operatie een gezondheidsprobleem aan het licht dat niet bekend was.
Wat de meeste konijnenbaasjes het spannendst vinden, is de narcose. Voor castratie worden twee manieren gebruikt, die beide veilig zijn. De gasnarcose, en voor castraties bij rammen tegenwoordig ook steeds vaker plaatselijke verdoving.
Het voordeel van plaatselijke verdoving is dat ze meestal een stuk sneller herstellen. De spijsvertering komt sneller weer op gang dan bij een gasnarcose. Bij oudere of zwakkere konijnen die nog gecastreerd worden kan plaatselijke verdoving ook een goede optie zijn. Een plaatselijke verdoving kan wel meer stress geven, het konijn is niet volledig onder narcose. Je kunt je konijn niet uitleggen wat er aan de hand is.
De meest gebruikte verdoving tijdens een castratie is de gasnarcose. Dit is een veilige optie voor konijnen en de meeste konijnkundige dierenartsen hebben er veel ervaring mee. Een nadeel is wel dat konijnen na gasnarcose de temperatuur wat moeilijk kunnen regelen en dat de spijsvertering nadien weer goed op gang moet komen.
Hoeveel kost de castratie van een konijn?
De prijzen van castraties kunnen per dierenarts flink verschillen. Dat komt omdat er op verschillende manieren gecastreerd wordt, bepaalde dingen afhankelijk zijn van het formaat van het konijn en het per praktijk sterk kan verschillen wat er bij de prijs is inbegrepen.
Om je wel een idee te geven wat je ongeveer kan verwachten: In 2022 zien we prijzen van 70-150 euro voor de castratie van een ram, en 100-250 euro voor voedsters.
Sommige dierenartsen kiezen een gemiddelde prijs die voor elk konijn hetzelfde is, ongeacht het gewicht. Andere dierenartsen werken met een prijs per gewichtsklasse. Weer andere dierenartsen hebben een basisprijs voor de ingreep op zich, maar dan betaal je bijvoorbeeld los voor narcosemiddelen en medicatie. Sommige dierenartsen castreren rammen zonder narcose maar alleen met plaatselijke verdoving, dan is de prijs ook weer anders. Bij de ene dierenarts zit er een gratis extra wondcontrole bij inbegrepen en/of extra pijnstillers die je mee naar huis krijgt voor de dagen na de ingreep, bij de ander moet je daar weer los voor betalen. Het kan dus best handig zijn even rond te bellen en te vragen wat een castratie kost, wat er bij die prijs is inbegrepen en welke bijkomende kosten (bijv. voor de nazorg thuis met pijnstillers) er nog bij kunnen komen.
Baseer je keuze voor de dierenarts niet alleen op wat het kost, maar vooral ook op de kundigheid van de dierenarts. Je kunt ook een kijkje nemen in het forum topic met dierenartsen die door andere konijnenbaasjes geadviseerd worden.
Niet nuchter zijn!
Denk er aan dat een konijn nooit mag vasten voor een operatie! Een konijn kan niet braken (zoals een hond en kat wel kunnen)! Eten voor de operatie geeft dus geen extra risico. Het is van het grootste belang dat je konijn voedsel in zijn darmen houdt. Als een konijn 24 uur niet eet, vallen de darmen stil. Stilgevallen darmen zijn heel moeilijk weer op gang te krijgen bij konijnen, en in veel gevallen sterft een konijn in die conditie. In plaats van te vasten kun je je konijn beter nog even wat lekkers toestoppen voor de operatie, een pakketje met het bekende voedsel van jouw konijn meegeven naar de dierenarts zodat hij/zij voor en na de operatie lekker wat te eten heeft. Maar konijnkundige dierenartsen zullen hier ongetwijfeld zelf ook in voorzien voor de patiënten.
Narcose? Gebitscontrole!
Gebitsproblemen komen bij heel veel konijnen voor. Uit een poll op ons forum bleek dat 1 op de 3 konijnenbaasjes te maken heeft gehad met een konijn met gebitsproblemen. Moet jouw konijn onder narcose voor een castratie? Laat de dierenarts dan ook het gebit even goed nakijken! De achterste kiezen kunnen namelijk niet goed bekeken worden zonder verdoving. De meeste konijnkundige dierenartsen zullen dit standaard doen, maar het kan geen kwaad het even extra te benoemen. Je zal niet de eerste zijn bij wie het konijn binnen een paar dagen of weken na castratie opnieuw onder verdoving moet om een haakje weg te slijpen, terwijl dat prima op het moment van de castratie had gegaan.
De operatie plannen
Soms heb je geen keuze, maar als het kan, probeer de operatie dan gunstig te plannen.
Buitenkonijnen moeten na de operatie enkele dagen binnen zitten. Dat komt omdat ze na narcose hun lichaamstemperatuur zelf niet goed kunnen regelen. Dus als je de keuze hebt is het handig om deze operatie dan tussen half mei en half september uit te laten voeren, zodat je niet zit met de wintervacht en grote temperatuurverschillen. Probeer ook te voorkomen dat de castratie op een warme dag valt of tijdens een hittegolf. Op dagen dat de temperatuur boven de 25 graden is, is het voor konijnen erg warm en kun je ze beter niet te veel stress bezorgen.
Zorg er ook voor dat je de dagen na de operatie thuis bent en voor jouw konijn kan zorgen. Nou denk je misschien, ik plan de castratie op vrijdag, zodat ik in het weekend voor mijn konijn kan zorgen. Dat kan, maar realiseer je wel dat er een redelijke kans is dat je dan in het weekend naar de spoeddienst moet. Als je dat niet erg vind en de extra consultkosten wel wilt betalen, plan dan wel de castratie voor een weekend dat jouw eigen dierenarts of een andere konijnkundige dierenarts dienst heeft. Heb je dat er niet voor over? Plan de castratie in een vakantie of neem enkele dagen vrij om voor jouw konijn te zorgen.
Zorg na de operatie
Als het goed is blijft jouw konijn de eerste paar uurtjes na de castratie nog bij de dierenarts. Als hij goed wakker is mag je hem ophalen. Vaak hebben ze dan nog niet of maar nauwelijks gegeten. Ook is het nodig thuis nazorg te geven. Zorg er dus voor dat je enkele dagen vrij bent en hier rustig de tijd voor hebt.
Konijnen moeten binnen in huis na de operatie
Ten eerste moet je jouw konijn na de castratie (en na elke andere operatie) altijd in een ruimte binnen houden. Dit is van belang omdat jouw konijn na operatie moeite kan hebben met het regelen van de lichaamstemperatuur en omdat je wilt zorgen dat de wond infectie- en vlieg-vrij blijft. Zorg ervoor dat er voldoende daglicht is in de ruimte waar het konijn tijdelijk komt te staan. Voor buitenkonijnen hoeft het geen plek met verwarming te zijn, als ze maar beschut zijn van de weersinvloeden en als je genoeg comfort en warmte in het tijdelijke verblijf kunt bieden. Buitenkonijnen moeten na de castratie dus ook een paar dagen naar binnen worden gehaald. Dit is voor veel konijnenbaasjes een reden om hun buitenkonijn in de zomer te laten castreren. In de winter zit je namelijk met grotere temperatuurverschillen tussen buiten en binnen, zeker na een operatie is dit niet ideaal.
Het valt ons op dat de adviezen van de dierenartspraktijken hierin enorm variëren, we horen verhalen van het advies van 1 dag binnen tot 10-14 dagen binnen. Zelf raden we aan in ieder geval de eerste 1 a 2 dagen het konijn binnen te huisvesten, in ieder geval tot het konijn weer goed zelfstandig eet en er weer goede keuteltjes zijn.
Alleen of samen met het maatje?
Hier is geen eenduidig antwoord op te geven. Het ligt er namelijk helemaal aan wat voor relatie de konijnen hebben, hoe lang ze al samen zijn, hoe hecht ze zijn en hoe het gedrag naar elkaar toe is.
Het is aan de ene kant te raden om een konijn na de castratie enkele dagen alleen te huisvesten zodat je goed in de gaten kunt houden wat dat konijn eet, of er al keuteltjes zijn van na de operatie (dit duurt zo’n 23/24 uur na het eten van de eerste hapjes, zo lang duurt het namelijk voor iets wat een konijn eet er als een keuteltje uit komt! Om dit goed te kunnen zien is het alleen huisvesten van een net geopereerd konijn heel praktisch.
Ook zijn niet alle maatjes even lief tegen een net geopereerd konijn. Hun maatje is opeens ziek en zwak, in de natuur word een ziek en zwak konijn verstoten. Het kan dus zo zijn dat ze echt gemeen zijn na de operatie, en gaan vechten. Dat is natuurlijk absoluut niet aan te raden voor een net geopereerd konijn met stress, een operatiewond en volop in herstel. Ook zien de maatjes dit zwakkere moment soms als kans om de dominantie over te nemen van het geopereerde konijn, en gaan ze jagen, rijden en het zieke konijn lastig vallen. In dat geval adviseren wij om koppels uit elkaar te halen tot het geopereerde konijn weer goed hersteld is.
Aan de andere kant zijn sommige koppels zo hecht, dat een maatje als steun en toeverlaat het herstel goed kan helpen. Die konijnen wil je het liefst samen houden of in ieder geval zo snel mogelijk samen zetten. Denk je dat jouw koppel stabiel genoeg is, lang genoeg samen is, en genoeg aan elkaar gehecht is om echt steun te bieden tijdens deze periode? Dan kun je het proberen, of het gaat samen. Let er wel goed op, het laatste wat je wil is stress voor het herstellende konijn of gesneuvelde hechtingen.
Twijfel je en wil je een beetje van beide? Split cage houden, naast elkaar huisvesten met renpanelen of gaas er tussen, kan in zo´n geval uitkomst bieden.
Hoe richt je de ziekenboeg in?
De meeste baasjes gebruiken een standaard konijnenkooi of een panelenren om in huis een ziekenboeg op te zetten.
Zorg voor een zachte en stofvrije bodembedekking. Denk aan oude handdoeken of een oude dekbedhoes van katoen maar ook in dierenwinkels kun je geschikte producten kopen zoals katoenbedding of papierbedding (back 2 nature). Gebruik geen stro of hennepvezel of andere bodembedekking die de wond kan irriteren of waar stof mee in de wond kan komen.
Haal objecten waar ze op kunnen springen uit het verblijf. Door te springen kan de wond open gaan. Zorg dus voor een (tijdelijk) vlak verblijf met zachte ondergrond.
Zorg voor warmte. Na operatie mag een konijn, zelfs een buitenkonijn, gewoon in een verwarmde ruimte in huis om te herstellen. Maar je kan nog een extra warmtebron aanbieden ook. Leg een metalen kruik (met hoes) of snugglesafe heatpad in het hok van het konijn, maar zorg er voor dat hij wel kan kiezen of hij er op wil liggen of niet. Na de narcose is het voor een konijn moeilijk zijn eigen lichaamstemperatuur te regelen. Dit is één van de redenen dat een konijn na een operatie enkele dagen binnen gehouden moet worden. Gebruik geen rubberen kruik, die zijn erg gevaarlijk omdat ze niet knaag-proof zijn. De metalen baby-kruiken kunnen, of een snugglesafe. Dat laatste heeft de voorkeur omdat deze super lang warm blijft, wel 8-10 uur, dus je kunt gewoon slapen zonder je wekker te moeten zetten om de kruik opnieuw op te warmen. Het is een veilige, knaag-proof kruik, zo ontworpen dat ze er helemaal op kunnen kruipen als ze daar behoefte aan hebben. Geloof mij, als je konijnen hebt is het het waard om er minstens één aan te schaffen. Ze zijn namelijk ook ideaal als je konijn een gasbuik heeft of om wat voor reden dan ook ondertemperatuur krijgt.
Zorg ervoor dat je konijn vers water tot zijn/haar beschikking heeft. Denk ook aan een bakje water, voor als het konijn te verzwakt is om bij de drinkfles te kunnen. Een drinkfles mag nooit de enige drink optie zijn voor konijnen, altijd een bakje er bij, maar dat is zeker nodig na een operatie. Je kunt ook hooithee maken, veel konijnen zijn daar dol op! Er is een informatief artikel over thee maken voor konijnen op onze website.
Zet in ieder geval een bak droogvoer, een ruif met hooi en lekker vers groenvoer neer voor je konijn. Zorg ervoor dat je al het eten in huis hebt waar jouw konijn dol op is: het favoriete groenvoer, gedroogde kruiden, het lekkerste hooi. Koop kleine zakjes brokken van andere merken, soms is dat net iets waar ze nieuwsgierig genoeg naar zijn om eerder te eten dan hun standaard brok. Haal bij de supermarkt een kruidenplantje, bijvoorbeeld peterselie. Dat kan soms net de truc zijn om jouw konijn aan het eten te krijgen. Peterselie werkt namelijk eetlust opwekkend. Haal alles in huis wat ervoor zorgt dat jouw konijn zo snel mogelijk weer lekker gaat eten, en gaat keutelen. Lekker verwennen de eerste dagen om ze goed te laten eten. Het is natuurlijk wel aan te raden alleen het groenvoer te geven dat jouw konijn gewend is, zodat er niet bovenop alles ook nog diarree komt.
Zorg ervoor dat je een injectiespuitje zonder naald en wat dwangvoer zoals Supreme science recovery of Dual Care in huis hebt, uit voorzorg. Eventueel kun je ook babyvoeding wortelhapje of fruithapje gebruiken, dat zou ik echter alleen uit nood doen. Het bevat veel fruitsuikers wat diarree en gasbuikjes kan geven. De babyvoeding zou dus alleen de laatste optie moeten zijn, als niets anders meer werkt. De andere middelen hebben meer vezels en voedingsstoffen die de darmen weer op gang helpen. Het is namelijk van belang dat je konijn binnen 24 uur na de operatie weer gaat eten, doet hij dat niet dan moet je hem dwangvoeren. Bij konijnen EHBO vind je hier tips voor.
Binnen 24 uur na de operatie moet een konijn weer eten. Maximaal 24 uur na dat moment moet je de eerste keutels en plasjes in het hok vinden. Als dat niet het geval is, neem dan contact op met de dierenarts. Als een konijn iets eet, doet het er 23,5 uur over om er als keutel uit te komen. Als een konijn 24 uur niet eet vallen de darmen stil. Waarschijnlijk zal een dierenarts in ieder geval adviseren dat je start met dwangvoeren, het kan zijn dat hij nog darmstimulerende middelen voor zal schrijven.
In mijn ervaring knappen rammen vrij snel op na de operatie en zitten zij ’s avonds alweer lekker te eten. De volgende ochtend zie je meestal de eerste keutels al in het hok liggen.
De castratie van een voedster heeft iets meer risico. Het herstel duurt ook langer. Omdat het een aardige buikoperatie is, eet de voedster de eerste avond meestal nog niet (veel). De eerste keutels laten meestal ook wat langer op zich wachten. In veel gevallen zul je dus de dag na de castratie moeten starten met dwangvoeren en pijnstillers moeten toedienen. Zorg ervoor dat er genoeg aanbod is van lekker eten, om jouw voedster over te halen zo snel mogelijk weer zelf te gaan eten. Je mag haar best verwennen met lekker groenvoer, gedroogde kruiden, brokjes van een ander merk dan normaal of zelfs een klein stukje fruit.
Vraag aan je dierenarts pijnstillers mee, zeker na de castratie van een voedster. Ook al heeft de dierenarts zelf pijnstillers toegediend, vraag er toch nog extra mee. Een konijn heeft een snel metabolisme. Pijnstillers werken bij een konijn maximaal 12 uur na toedienen, maar het kan goed zijn dat jouw konijn na die 12 uur nog pijn heeft van de operatie. Pijn is een van de belangrijkste redenen dat een konijn niet eet, en als je pijnstillers toedient gaat het konijn meestal snel weer eten. Let er op dat de pijnstillers wel voor konijnen geschikt zijn! Onder andere deze merken zijn geschikt: Tolfedine, Ketoprofen, Carprofen of Metacam.
Dit heb je nodig na een castratie van een konijn:
- Binnenverblijf (kan panelenren zijn of binnenhok).
- Zachte bodembedekking (handdoeken of katoenbedding)
- Kruik of snugglesafe
- Extra lekker voedsel (vers groenvoer, kruidenplantje, kruidenmuesli, gedroogde kruiden, fruit, lekkere hooisoorten)
- Spuitje zonder naald
- Dwangvoer (bijv. Supreme Science Recovery, critical care). Wij adviseren geen babyvoeding omdat dat veel suikers bevat en dat kan juist weer een negatief effect hebben op de spijsvertering. Een papje maken van de gewone brokjes en dat gebruiken als dwangvoer kan ook.
- Pijnstillers (meevragen bij dierenarts)
Vruchtbaarheid na castratie
Een ram kan zeker tot 2 weken, 14 dagen dus, na de castratie nog bevruchten, wacht dus met koppelen tot de castratie 3 weken geleden was.
Soms wordt een langere wachttermijn aangeraden door een dierenarts voor je gaat koppelen na castratie. Wij horen vaak verhalen over wachttermijnen van 1-3 maanden. Dat heeft dan niet te maken met vruchtbaarheid, maar wordt vaak geadviseerd als de ram (of voedster) veel last had van hormoon gestuurd gedrag, wat de koppeling nadelig kan beïnvloeden. In dat geval kun je inderdaad beter wat langer wachten na castratie.
Vruchtbaarheid na castratie
Een ram kan zeker tot 2 weken, 14 dagen dus, na de castratie nog bevruchten, wacht dus met koppelen tot de castratie 3 weken geleden was.
Soms wordt een langere wachttermijn aangeraden door een dierenarts voor je gaat koppelen na castratie. Soms zelfs zo lang als 6 maanden! Dat heeft dan niet te maken met vruchtbaarheid, maar wordt vaak geadviseerd als de ram (of voedster) veel last had van hormoon gestuurd gedrag, wat de koppeling nadelig kan beïnvloeden. In dat geval kun je inderdaad beter wat langer wachten na castratie.
Terug naar de oude situatie
Veel konijnenbaasjes zitten vooral met vragen na de castratie. Het kan ook best lastig zijn om in te schatten wanneer je terug kunt naar de oude situatie. Hieronder geven wij een aantal richtlijnen. Kijk vooral goed naar jouw situatie en hoe jouw konijn het doet na de operatie. Niet elk konijn is hetzelfde. Je kan beter iets langer wachten voor de volgende stap, dan dat je het te snel doet en als gevolg daarvan jouw konijn onderkoeld is of dat de hechtingen er uit gaan.
Koppelen na castratie konijn
Bij rammen is het nodig om drie weken te wachten met de koppeling, in verband met vruchtbaarheid. In/na de derde week na de castratie kun je gaan koppelen.
Veel mensen gaan er vanuit dat het na een castratie gelijk weer goed zit tussen bestaande partners, maar dat is in de praktijk vaak anders. Castratie zorgt voor veranderde geur door het bezoek aan de dierenarts en de veranderingen in de hormoonhuishouding. Daardoor kan de rangorde die er voor castratie was, compleet omdraaien. En vechtpartijen en stress van een koppeling, is niet iets waar je na castratie op zit te wachten. Daarom onderstaande tips:
Betreft het een castratie van een voedster, en is de ram al gecastreerd? Dan ligt het een beetje aan hoe hecht de relatie met de partner is of je ze na castratie samen zet of niet. Sommige koppels zijn zo hecht dat ze heel veel steun hebben aan elkaar tijdens het herstel. In dat geval kun je ze vrij snel weer samen laten. De eerste 3 dagen na een castratie is het aan te raden het konijn apart te houden van zijn/haar hokgenootje. Hoewel sommige konijnen na castratie na een dag al fit lijken te zijn, is het toch van belang dat je deze 3 dagen aanhoud. Dit omdat je dan goed kan zien of er genoeg gegeten, gedronken en gekeuteld wordt de eerste dagen. Ook is deze eerste dagen de kans dat er iets mis gaat met de wond het grootst. Zorg ervoor dat er niets in het verblijf staat waar ze op kunnen springen. Een hoge of gekke sprong maken, kan er voor zorgen dat de hechtingen los gaan.
Als het gaat om een gecastreerde voedster, en de ram waarbij ze woont was al gecastreerd, zou je na 3 dagen, mits alles goed is gegaan, voorzichtig kunnen kijken of ze weer samen kunnen. Zet ze samen op neutraal terrein om te kijken hoe dat gaat. Als het een rustig koppel is, zal dat vaak wel gaan. Als het een wat drukker koppel betreft, kan het verstandig zijn om toch nog wat langer te wachten. Wacht dan 7-14 dagen voor je ze weer samen zet, afhankelijk van hoe het herstel gaat.
Als het een bestaand koppeltje of een bestaande groep is, mogen ze elkaar wel met gaas er tussen zien in die periode, mits ze niet onaardig doen naar elkaar door gaas heen. Merk je frustratie, territoriaal gedrag of onrust naar elkaar op door het gaas, haal ze dan echt ver uit elkaar, uit het zicht en als het even kan uit dezelfde ruimte. Wil je het zekere voor het onzekere, houd ze dan gelijk uit elkaar tot het gecastreerde konijn volledig hersteld is.
Betreft het konijnen die elkaar nog niet kennen, een pril koppel of een koppel dat niet erg hecht is, of merk je dat ze niet lief op elkaar reageren na de castratie? Dan is het beter ze uit elkaar te houden. Samen zetten met gaas of tralies er tussen veroorzaakt dan alleen frustratie en stress. Dat wil je niet hebben als jouw konijn herstellend is van een operatie. Het is in dat geval beter ze op goede voet uit elkaar te halen, echt apart van elkaar. Als het gecastreerde konijn weer volledig hersteld is kun je weer op neutraal terrein terugkoppelen, zonder dat er in de periode negatieve ervaringen zijn opgebouwd naar elkaar toe. Dan is de kans het grootst dat ze elkaar nog steeds leuk vinden.
Betreft het een koppel dat elkaar helemaal nog niet kent, dan kun je beter wachten tot 3-4 weken na de castratie. Na drie weken is de ram niet meer vruchtbaar. Een voedster heeft ongeveer een maand nodig om goed te herstellen van de castratie. Voor een koppeling is het belangrijk dat beide konijnen weer goed fit en genezen zijn.
Konijn terug naar buiten na castratie
Het dierenartsadvies kan op dit punt ontzettend uiteen lopen. De ene dierenarts adviseert konijnen alleen de eerste dag binnen te halen, de ander zelfs 14 dagen.
Bij de castratie van een ram is het meestal al mogelijk om de ram na een dag of 2-4 weer naar buiten te doen. Bij een castratie van een voedster is het aan te raden om iets langer te wachten, 3-7 dagen. Dit kan natuurlijk per konijn en per seizoen verschillen, maar voedsters hebben vaak iets langer nodig voor ze weer volop eten en keutelen dan rammen.
Als je jouw konijn weer naar buiten doet, houd dan rekening met een aantal zaken. Controleer om te beginnen ook als ze buiten wonen een aantal keer per dag of het goed gaat. Controleer regelmatig of er nog steeds goed gegeten en gedronken wordt, of de keutels nog goed zijn. Controleer de wond een paar keer per dag, je wilt natuurlijk niet dat die weer gaat bloeden. Zorg ervoor dat ze zo min mogelijk springen de eerste week, omdat dat er voor kan zorgen dat de operatiewond ppen gaat. Vul het schuilhok met een niet-prikkende bodembedekking zoals katoenbedding of back-2-nature. Oude handdoeken kunnen natuurlijk ook. Als het heel koud is buiten kun je overwegen het konijn nog een paar dagen extra binnen te laten. Staat er veel wind op het konijnenhok, kijk dan of je een windscherm kan maken, zodat er voldoende beschutte plekken zijn voor de konijnen. Ongeveer 14 dagen na de operatie mag je weer overgaan op de normale bodembedekking.
Als je het konijn in de winter naar binnen haalt in een verwarmde woonkamer, kan het niet meer naar buiten toe. Dat kan dan pas weer in het voorjaar. In een verwarmde ruimte beginnen konijnen namelijk al direct de wintervacht te verliezen. Een konijn kan na de castratie tot ongeveer 10 dagen in een onverwarmde ruimte in huis blijven in de winter. Vaak gebruiken mensen een bijkeuken, garage of logeerkamer (waar geen verwarming aan staat) om de konijnen tijdelijk te huisvesten. Zorg er wel voor dat ze genoeg daglicht krijgen.
Moet het konijn langer dan 10 dagen binnen wonen, bijvoorbeeld omdat de operatie niet goed is verlopen, kan het konijn pas weer naar buiten in het voorjaar. Na 10-12 dagen beginnen ze namelijk de opgebouwde wintervacht te verliezen, ook in een onverwarmde ruimte. Je kan het konijn dan pas weer half mei naar buiten doen als de temperaturen van de dag en nacht meer gelijk liggen met onze binnentemperaturen.