Konijnen apart voeren

We promoten het heel wat, konijnen horen samen te leven met een soortgenootje. Maar soms zijn er ook nadelen van het samen leven met een soortgenootje. Zo kan het zijn dat het ene konijn te dik aan het worden is, terwijl het andere konijn in het koppel juist wel wat extra’s kan gebruiken. Hoe los je dat op?

Oorzaken

Er kunnen verschillende oorzaken zijn waardoor er conditieverschil in een koppel ontstaat. Begin eerst met het uitsluiten van medische problemen. Start dus met een bezoek aan de dierenarts. Laat onder andere het gebit goed nakijken en kijk of er eventueel kleine klachten zijn die zouden kunnen wijzen op wormbesmettingen of e. cuniculi. Als er medische problemen zijn is het belangrijk die eerst te behandelen, anders zal er altijd verschil in conditie blijven tussen de konijnen.

Maar naast medische problemen kunnen er ook andere oorzaken zijn van verschil in conditie. Niet alle konijnen eten even snel. Dat heeft te maken met verschillende dingen, van het formaat van het konijn, tot de kwaliteit van het gebit van het konijn

Ook is het zo dat smaken verschillen. Misschien vind één van de konijnen het hooi dat je aanbied of de brok die je aanbied wel helemaal niet lekker! Het kan lonen om eens wat kleine zakjes van verschillende soorten hooi en/of brokvoeding te kopen. Op die manier kun je testen of er misschien een andere voeding is die het konijn dat het het meest nodig heeft lekkerder vind.

Ook territoriaal gedrag kan er voor zorgen dat één van de konijnen door de ander weggejaagd word bij het voedsel, en daardoor minder de kans krijgt om te eten.

Tot slot zie je vaak dat oudere konijnen minder graag eten – vaak omdat ze hun reukvermogen beginnen te verliezen – en als ze ouderdomskwaaltjes gaan krijgen zie je vaak ook dat de reserves opgemaakt worden en ze afvallen. Als je koppels of groepjes hebt met konijnen in verschillende levensfases kan voeren best lastig zijn.

Oplossingen

  1. Kijk kritisch naar het voedingspatroon

Een gezonde voeding bestaat voor 80% uit hooi en/of grassen. Dat mag aangevuld worden met 10% vers groenvoer (wel leren eten), 5% geperste brokken en 5% verantwoorde snacks zoals knaaghout of gedroogde kruiden. Hooi is dus echt het belangrijkste voedsel, wat konijnen altijd onbeperkt mogen eten. Ze horen ongeveer hun eigen formaat in los hooi per dag te eten. Het kan soms best even zoeken zijn naar een hooisoort die de konijnen lekker vinden en goed eten. Bekijk ook de hoeveelheid brok die je geeft. Een volle voerbak is geen goed idee. Een afgemeten hoeveelheid brok, afgestemd op het ideale gewicht van de konijnen wel. Meer informatie over de juiste voeding voor konijnen lees je in dit artikel.

  1. De gulden middenweg

Bij gezonde konijnen kies je vaak voor de gulden middenweg, een hoeveelheid voer waarbij het dikkere konijn niet meer dan licht overgewicht heeft, maar op die manier ook zorgen dat het magere konijn niet te mager wordt.

  1. Een grotere voerbak – of helemaal geen voerbak meer

Als koppels de brokken uit een kleine voerbak eten, kan het zijn dat één van de twee die voerbak meer claimt dan de ander. Een grote (honden)voerbak kan helpen, maar je kan ook de voerbak helemaal afschaffen. Geef de brokken van de vloer, of van een tegel.

  1. Uit de hand bijvoeren

Een andere oplossing kan zijn om het konijn dat wel wat extra’s kan gebruiken apart bij te voeren. Eventueel kun je het konijntje daarvoor apart nemen van de partner en een bakje voer geven, of je geeft uit de hand lekkernijen of beloningen waar het konijntje van aan zal komen. Is het ondergewicht extreem, kies dan ook echt voor een passende aansterk voeding. Bijvoorbeeld voedsel dat ook gebruikt wordt voor het aansterken na operaties zoals Burgess dual care (brok of papje) of supreme recovery (papje). Dat zijn voeders die echt zeer vezelrijk zijn en de juiste voedingsstoffen bevatten om aan te sterken. Daar heeft een konijn meer aan dan aan om op een juiste manier aan te komen dan aan een grote hoeveelheid “snoepjes”. Lees meer over dunne konijnen op een verantwoorde manier laten aankomen in dit artikel.

  1. Blijf er bij

Blijf er bij tijdens het brok-voer moment. Als het goed is geef je een hoeveelheid brokken die in 15-30 minuten opgegeten worden. Blijf die tijd bij de konijnen zitten, zodat je ziet welk konijn wat eet en eventueel wat bij kan sturen (de snelle eter wegsturen bij de langzame eter, of een plankje of kartonnetje tussen de twee etende konijnen inhouden).

  1. Apart voeren

De laatste oplossing is om de brokken apart te voeren. Maar dat is vaak makkelijker gezegd dan gedaan. Hieronder een aantal manieren waarop je konijnen apart van elkaar kan voeren.

  • Sluit één van de twee konijnen tijdens het voermoment even op, bijvoorbeeld in een nachthok of in een panelenren. Het is wel aan te raden een plek te kiezen waar het konijn zelf naartoe kan lopen, zodat je hem niet op hoeft te tillen. Dit kan ook met een reismand, wasmand of andere plek waar de partner niet makkelijk bij kan.
  • Laat het konijn dat juist meer moet eten zelfstandig op een opstap springen, bijvoorbeeld op het dak van het schuilhok, en geef daar het eten. Zelf heb ik dit lang toegepast toen ik een viertal had, waarvan één konijn bijgevoerd moest worden. Drie konijnen aten op de grond, één konijn op het dak van het nachthok.
  • Is jouw konijn gechipt? Dan kan een schuilhokje wat toegankelijk is met een kattenluikje op chip uitkomst bieden! Op die manier kun je daar extra voeding inzetten, en kan alleen het konijn waarvan de chip is ingesteld het hokje binnen gaan. Let wel op, halsbandjes zijn erg gevaarlijk voor konijnen. Kies er dus niet voor om zo een luikje met een penning aan een halsband te laten werken, maar zorg echt dat het konijn gechipt is.